In deze civiele zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 12 juni 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen Zilveren Kruis Zorgkantoor N.V. en een gewaarborgde hulp. Zilveren Kruis vorderde de terugbetaling van € 45.147,20 aan persoonsgebonden budget (pgb) die onterecht was uitgekeerd voor zorg die niet was geleverd aan de zoon van de gedaagde. De rechtbank oordeelde dat de gedaagde onrechtmatig had gehandeld door valse facturen in te dienen voor zorg die niet was verleend. De rechtbank stelde vast dat de gewaarborgde hulp, die verantwoordelijk was voor de pgb-administratie, niet had voldaan aan haar verplichtingen en dat zij had meegewerkt aan de fraude. De rechtbank wees de vorderingen van Zilveren Kruis toe en veroordeelde de gedaagde tot betaling van het volledige bedrag, vermeerderd met wettelijke rente vanaf 19 juli 2018. Daarnaast werd de gedaagde veroordeeld tot betaling van onderzoekskosten en proceskosten. De vorderingen van de gedaagde in reconventie, gericht op het verwijderen van haar personalia uit diverse registers, werden afgewezen. De rechtbank oordeelde dat Zilveren Kruis gerechtigd was om de gedaagde te registreren vanwege haar onrechtmatige handelen.