Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- het verzoekschrift van de man (met bijlagen), binnengekomen op 28 april 2023;
- het verweerschrift van de vrouw (met bijlagen) met daarin een aantal zelfstandige verzoeken (tegenverzoeken), binnengekomen op 28 juni 2023;
- het e-mailbericht van de man (met bijlagen) van 21 juli 2023;
- het e-mailbericht van de man (met bijlagen) van 1 februari 2024;
- het F9-formulier van de vrouw (met bijlagen) van 2 februari 2024.
- de man met zijn advocaat;
- de vrouw met haar advocaat.
2.Waar de procedure over gaat
- met ingang van de datum van indiening van het verzoekschrift (28 juni 2023) het bedrag aan partneralimentatie vast te stellen op € 8.227,40 bruto per maand;
- de man, ex artikel 843a van het Wetboek van Rechtsvordering (Rv), te gelasten inzage te verschaffen in de financiële gegevens, te weten:
3.De beoordeling
De wet geeft de rechtbank grote vrijheid bij het vaststellen van de ingangsdatum van de alimentatieverplichting. [1] Drie data liggen als ingangsdatum het meest voor de hand: de datum waarop de omstandigheden zijn gewijzigd, de datum van het verzoekschrift en de datum waarop de rechtbank beslist. De rechtbank kan dus een bijdrage vaststellen of wijzigen over een periode in het verleden, maar moet daar terughoudend mee omgaan omdat dit grote gevolgen voor partijen kan hebben.