ECLI:NL:RBMNE:2024:3050
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Planschadeverzoek en de gevolgen van het wijzigingsplan voor horeca-exploitatie
In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 16 mei 2024, staat de beslissing op een planschadeverzoek centraal. Eiseres, een B.V. die eigenaar is van een pand in Veenendaal, heeft een verzoek ingediend om tegemoetkoming in planschade naar aanleiding van een wijzigingsplan dat de horecamogelijkheid in het pand heeft doen vervallen. Eiseres heeft het pand in 2012 gekocht, maar het heeft sindsdien leeggestaan. Pogingen om de horeca te herstarten zijn mislukt, onder andere door het niet verlenen van exploitatievergunningen door de burgemeester. Het college van burgemeester en wethouders heeft in 2023 een tegemoetkoming in planschade van € 18.700,- toegekend, maar dit bedrag is in bezwaar gehandhaafd.
Eiseres heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, waarbij zij aanvoert dat zij schade heeft geleden door misgelopen inkomsten, omdat de exploitatie van het horecabedrijf niet is gestart. De rechtbank heeft de zaak behandeld en vastgesteld dat de peildatum voor de schadevergoeding 21 januari 2016 is, de datum waarop het wijzigingsplan in werking trad. De rechtbank oordeelt dat er op die datum geen lopende bedrijfsvoering was en dat gemist voordeel in beginsel niet voor vergoeding in aanmerking komt. De rechtbank heeft geen bewijs gevonden voor de stelling van eiseres dat de gemeente de start van de bedrijfsvoering heeft getraineerd.
De rechtbank concludeert dat het college de tegemoetkoming in planschade terecht heeft afgewezen en dat de beroepsgrond van eiseres niet slaagt. De uitspraak is openbaar uitgesproken en het beroep is ongegrond verklaard, wat betekent dat de tegemoetkoming in planschade ongewijzigd blijft. Eiseres moet de proceskosten niet vergoeden.