Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de conclusie van antwoord met een productie;
- de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- de akte van Woonpalet met een aanvullende productie;
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
- Een e-mail van [gedaagde] van 8 maart 2022, waarin hij verklaart dat er in de woning nog geen sprake is van een woonsituatie in verband met de lange levertijden van de inrichting.
- Een verslag van een gesprek van 21 april 2022 tussen Woonpalet en [gedaagde] , waaruit volgt dat [gedaagde] zou hebben gezegd dat hij op dat moment zijn hoofdverblijf nog niet in de woning had. Dit zou zijn veroorzaakt door leveringsproblemen en doordat het [gedaagde] ontbrak aan financiële middelen om de woning in te richten. Ook zou [gedaagde] hebben aangegeven dat hij liever niet in de woning ging wonen, maar hij zich gedwongen voelt een woning van Woonpalet te huren omdat hij van de gemeente zijn hoofdverblijf niet langer op de camping mag houden. Tot slot zou in het gesprek de afspraak zijn gemaakt dat [gedaagde] eind mei 2022 de woning gaat bewonen en er zijn hoofdverblijf gaat houden.
- Een schriftelijke verklaring van twee buren van 3 april 2023, waarin zij verklaren dat de woning sinds december 2021 niet wordt bewoond, dat de woning alleen als opslag wordt gebruikt en dat de buitenzijde van de woning niet wordt schoongemaakt.
- Een schriftelijke verklaring van een andere buurtbewoner van 15 april 2023, inhoudende dat de woning niet wordt bewoond, dat [gedaagde] om de één à twee weken alleen spullen komt brengen en halen, dat hij nog nooit zijn ramen en deuren heeft schoongemaakt, dat hij er slechts af en toe is en dat zij nog nooit licht in de woning hebben zien branden en de auto van [gedaagde] er nog nooit ’s nachts heeft gestaan.
- Een schriftelijke verklaring van 23 september 2023 van één van voornoemde buren, waaruit volgt dat deze bewoner [gedaagde] eenmaal in juni/juli heeft gezien en sindsdien niet meer en dat zijn woning vies is.
- Een schriftelijke verklaring van 24 september 2023 van één van voornoemde buren, waaruit volgt dat zij [gedaagde] slechts eenmaal in juni/juli hebben gezien en sindsdien niet meer.
- Schriftelijke rapporten van controles uitgevoerd door een toezichthouder van de gemeente [gemeente] in de maanden april, mei, juli en december 2023. In die maanden heeft de toezichthouder de woning 22 keer bezocht. Daarbij is steeds niemand aangetroffen. Bij aanbellen en aankloppen werd niet opengedaan. In de woning werden geen veranderingen geconstateerd in de positie van bijvoorbeeld gordijnen, mappen en een laptop ten opzichte van eerdere bezoeken. In juli 2023 heeft de toezichthouder ook drie keer de camping in [plaats] bezocht. Daarbij is [gedaagde] tweemaal bij het chalet aangetroffen.
- Een schriftelijke verklaring van Vitens van 18 april 2023 waaruit volgt dat in de woning over de periode april 2022 tot en met maart 2023 1 m3 water is verbruikt.
- Een schriftelijke verklaring van een medewerker van Woonpalet, waaruit volgt dat de woning in september 2023 vier keer door haar en een collega is bezocht en daar niemand is aangetroffen.
135,00