4.3.1.Bewijsmiddelen
De bewijsmiddelen worden steeds gebruikt tot het bewijs van het feit of de feiten, waarop zij blijkens hun inhoud uitdrukkelijk betrekking hebben. Sommige onderdelen van de bewijsmiddelen hebben niet betrekking op alle feiten, maar op één of meerdere feiten.
De bewijsmiddelen voor de feiten 1 tot en met 4:
Een proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant] , voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
Op dinsdag 13 juni 2023, omstreeks 4.55 uur, (…) in Amersfoort. (…) Ik hoorde dat [A] doorgaf dat de beide mannen contact met elkaar hadden. (…) Ik zag dat beide mannen vervolgens in de richting van de [straat 1] liepen. (…) Ik zag dat de andere man een blauwe plastic tas van Albert Heijn in zijn handen had. (…) Ik ben vervolgens met collega [collega 1] naar het [straat 2] gelopen waar de man met de blauwe AH tas uit was komen lopen. Ik zag dat daar een zwarte Peugeot 208 voorzien van kenteken [kenteken] stond geparkeerd. Het is mij ambtshalve bekend dat de auto wordt gebruikt door [verdachte] . (…) Beide mannen konden even later worden staande gehouden. De man, die de blauwe Albert Heijn tas in zijn handen had bleek [verdachte] te zijn. Bij zijn staande houding had [verdachte] geen Albert Heijn bij zich. Ik hoorde dat collega [collega 2] verklaarde dat zij, op het moment dat ze beide mannen voor de eerste keer zag lopen, zeker wist dat [verdachte] de blauwe AH tas nog in zijn handen had. Ik trof tussen de struiken een blauwe AH tas aan. Dit was op ongeveer 15 meter vanaf de plek daar beide mannen werden staande gehouden.
Ik zag dat de navolgende goederen in de tas zaten.
- geldbedrag van 31390 euro
- plastic zak met ongeveer 190 gram cocaïne
- 3 mobiele telefoons
- zwart jack van Nike
Ik zag dat er in het zwartje Nike jack de volgende goederen zaten:
(…)
-autosleutel van een Peugeot.
Een proces-verbaal onderzoek verdovende middelen, voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
SIN : AAPF0125NL
Relatie met SIN : AAQI5109NL
Object : Verdovende mid (Cocaïne Crack)
Bijzonderheden : Aangetroffen in een blauwe tas van Albert Heijn
Omschrijving : Plastic zakje met witte brokken/poeder
Gewicht netto : 89 gram
Een geschrift, inhoudende een rapport van het Nederlands Forensisch Insituut (NFI), voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
Kenmerk: AAQI5109NL
Omschrijving: poeder en brokjes, wit, 89 gram
Conclusie: bevat cocaïne
De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting van 27 februari 2024, voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
Ik heb vanaf het moment dat mijn broer [B] werd aangehouden, op 11 april 2023, een paar maanden cocaïne gedeald. De betalingen voor die cocaïne werden ook gedaan via Tikkies. Het geld kwam via die Tikkies op mijn bankrekening. Voor een gram cocaïne werd € 40,- tot € 50,- gram betaald.
Op 13 juni 2023 ben ik door de politie in Amersfoort aangehouden. Bij mijn aanhouding is een blauwe Albert Heijn tas aangetroffen. In die tas zijn onder andere een geldbedrag van € 31.390,- en een hoeveelheid cocaïne aangetroffen. Het geld en de cocaïnewaren van mij. In die tas zat ook mijn jas met daarin de autosleutel van een Peugeot 208. Deze auto staat op naam van mijn vader, maar ik rijd daar in.
De bevindingen van [verbalisant] , voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
In de blauwe Albert Heijn tas werden in totaal 3 Iphone’s aangetroffen. (…) Ik zag dat het om een Iphone 8 ging (…). Ik zag dat er na 11 april 2023, de dag dat [B] werd aangehouden, nog steeds dagelijks tientallen berichten werden verstuurd en ontvangen waarin met bedekte termen harddrugs en lachgas werd besteld. (…) In de whats-app historie zag ik dat er onder ander andere met de navolgende contacten contact was geweest en waarin met bedekte termen harddrugs werd besteld.
(…)
Contact “ [getuige 3] ”
Ik zag dat het telefoonnummer van dit contact [telefoonnummer 1] in de politiesystemen was gekoppeld aan [getuige 3] .
Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 3] , voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
0: Kan je de dealer omschrijven met wie je in de genoemde whatsapp historie contact
heb gehad.
A: Dat was een kleine licht getinte jongen.
0: ik toon je nu een foto van een persoon
V: Herken je deze persoon
A: Ja deze persoon herken ik zeker, dit is de jongen van wie ik de laatste weken
cocaïne heb gekocht en heb betaald en met wie ik via de whats-app contact had, hij
noemde zich de [naam]
V: Wat betaalde je voor de cocaïne en hoe betaalde je ?
A: 50 euro voor een gram, ik betaalde meestal cash en soms met een tikkie.
Een proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant] voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
Bij de insluiting van verdachte [verdachte] werd een iPhone telefoon aangetroffen. (…) Ik zag dat er diverse foto’s van [verdachte] in de telefoon stonden. Ik zag dat er door ondergenoemde contacten in bedekte termen harddrugs werd besteld.
(…)
“Contact [contact 1] ( [telefoonnummer 2] )”
Ik zag dat het 06 nummer in de politiesystemen was gekoppeld aan [getuige 4] (…).
Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 4] , voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
V: wat is jou telefoonnummer?
A:
[telefoonnummer 2]
V: Van welk voertuig maakte de dealer gebruik ?
A: Zwarte Peugeot 208
V: Kan je aangeven hoe vaak je bij deze jongen cocaïne hebt gekocht.
A: ongeveer 2 a 3 keer per week.
V: Kan je de jongen voor mij omschrijven?
A: Jonge getinte jongen, klein mannetje.
Een proces-verbaal van bevindingen, genummerd PL0900-2023175525-51, voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
Op de opgevraagde bankrekening ( [rekeningnummer 1] ) van verdachte [verdachte] zag ik dat door rekeninghouder [getuige 5] in de periode van 22/07/2022 en 08/05/23 in totaal 27 tikkies waren overgemaakt naar de rekening van [verdachte] . Ik zag dat het om een totaalbedrag van 1185 euro ging. De rekeninghouder betreft [getuige 5] ( [geboortedatum 2] 1973) .
(…)
(…) Ik had een gesprek met [getuige 5] .
V= verbalisant
[getuige 5] = [getuige 5]
V: We hebben vorige maand een drugsdealer aangehouden en uit zijn bankgegevens blijkt dat jij in de periode van 22 juli 2022 en 8 mei 2023 in totaal 27 tikkies voor een totaal bedrag van 1185 euro hebt overgemaakt. Ik heb het vermoeden dat deze tikkies door jou zijn betaald in verband met de aanschaf van drugs. Klopt dit?
[getuige 5] : Ja dat klopt (…)
V: Om welke drugs ging het?
[getuige 5] : Cocaïne.
V: Weet je om welke dealer het gaat?
A: Ja ik denk het wel een getint jochie in een zwarte auto.
(…)
V: Uit de bijlage blijkt dat jij in de periode 22 juli 2022 in totaal 27 maal cocaïne bij die jongen hebt gekocht. Klopt dit?
[getuige 5] : Ja.
De bijlage met alle overgemaakte Tikkies is bij dit dossier gevoegd.
Bijlage: Een overzicht van Tikkies die zijn overgemaakt door [getuige 5] naar verdachte, voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
Boekdatum
Bij
Omschrijving
Rekeningnummer
22-jul-2022
50,00
Tikkie Van [getuige 5] , [rekeningnummer 2]
[rekeningnummer 1]
Een proces-verbaal van bevindingen, genummerd PL0900-2023175525-50, voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
Op de opgevraagde bankrekening van [verdachte] ( [rekeningnummer 1] ) zag ik het volgende: Door rekeninghouder [getuige 6] ( [rekeningnummer 3] ) wordt in de periode van 22 september 2022 tot en met 05 juni 2023 in totaal 6946 EURO aan tikkies overgemaakt naar de rekening van [verdachte] . Ik zag dat het rekeningnummer van [getuige 6] was gekoppeld aan [getuige 6] geboren op [geboortedatum 3] 1992.
(…) ik had telefonisch contact met [getuige 6] .
V= verbalisant
[getuige 6] = [getuige 6]
V: [getuige 6] vorige maand is er een drugsdealer aangehouden en uit zijn bankrekening blijkt dat jij heel veel tikkies naar hem hebt overgemaakt, hoe zit dat?
: Ja dat kan wel kloppen.
V: Weet je over wie het gaat?
: Ja ik denk dat het het broertje is van die andere gozer waarover ik bij jou een verklaring heb afgelegd.
V: [getuige 6] nog even samenvattend, uit de bankgegevens van de dealer blijkt dat jij in de periode van 22 september 2022 tot en met 5 juni 2023 in totaal 6946 euro aan cocaïne hebt besteld bij het broertje van de jongen die is aangehouden in de BMW X5.
: ja als je het zo zegt dan klopt dat wel.
V: Heb je ooit wel eens lachgas bij deze jongen besteld?
A: Nee alleen cocaïne.
: (…) toen die jongen in de X5 was aangehouden en ik een verklaring had afgelegd, ben ik door dat broertje benaderd. Hij had in het dossier van zijn broer gelezen dat ik een verklaring had afgelegd. Hij vroeg of ik hem wilde helpen door mijn verklaring in te trekken of te wijzigen. (…)
Een proces-verbaal van bevindingen van [verbalisant] , voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
Op 11 april 2023 werd [getuige 1] als getuige gehoord in een drugsonderzoek contra
verdachte [B] . [B] is de oudere broer van [verdachte] (de rechtbank begrijpt: verdachte). [getuige 1] verklaarde dat hij sinds november 2020 cocaïne afnam van [B] en dit betaalde middels betaalverzoeken en tikkies. [getuige 1] verklaarde dat hij alleen cocaïne had afgenomen en nooit lachgas. Op 04 mei 2023 werd ik gebeld door [getuige 1] , ik hoorde dat [getuige 1] verklaarde dat hij zijn verklaring tegen [B] wilde intrekken. Ik hoorde dat [getuige 1] verklaarde dat hij zijn verklaring dan wilde wijzigen, ik hoorde dat [getuige 1] verklaarde dat hij nooit cocaïne van [B] had gekocht, maar dat het altijd om drank en of lachgas was gegaan. Ik vroeg aan [getuige 1] waarom bij zijn verklaring wilde intrekken en of wijzigen. Ik hoorde dat [getuige 1] verklaarde dat hij zich vergist had.
Op 19 juni 2023 deed ik onderzoek naar de inbeslaggenomen telefoons van [verdachte] . Ik zag dat in de telefoon welke in zijn fouillering werd aangetroffen er een whatsapp conversatie stond tussen [getuige 1] en [verdachte] . Ik zag hierop het volgende:
[getuige 1] = [getuige 1]
[verdachte] = [verdachte]
5/5/2023
: He man regel aub vandaag waar we het over hadden moet echt vandaag
[getuige 1] : Ik heb gisteren al gebeld met ze
: En ? Ging Goed ?
[getuige 1] : Hij geloofde me niet. ik zei het is toch echt zo, hij ging erin zetten dat ik die "verklaring" wil intrekken. Hij vroeg meteen of ik bedreigd was.
: Oke, wat zei jij toen
[getuige 1] : Dat dat ni waar is. Heb gezegd dat ik nooit iets van drugs heb gekocht bij hem. Drank siga rn aan t begin lachgas.
: Dat gaat die alles noteren toch,
[getuige 1] : Mag hopen van wel ja... heb tegen hem gezegd dat ik wil dat hij dat erin zet.
Whatsapp contact tussen [verdachte] en contact [contact 2]
Contact [contact 2] is zeer waarschijnlijk de zus van [verdachte] , [zus]
Ik zag dat er diverse whatsapp berichten over en weer worden verstuurd die over het
opvragen van het strafdossier van [B] gaan,
Ik zag het volgende in de whats-app conversatie:
[verdachte] = [verdachte]
[zus] = [zus]
: Stuurt een gedeelte van het PV voorgeleiding van strafdossier van [B]
[zus] : Lees alles even door, dit zijn de namen van de getuige
[verdachte] : 4 maar ?
[zus] : Nog meer, Buurman, ja deze vier
[zus] : Dus aub lees alles, die bladzijde opzoeken
[zus] : En zwana bive bera intrekken bikken ( Koerdisch)
[verdachte] : Kan nooit intrekken, behalve beetje anders zeggen
[zus] : Ja, ze kunnen bellen en zeggen lachgas of Ne veyavi, zeg maar
Deze whatsappconversatie is opgenomen in de bijlage en betreft een gesprek tussen [verdachte] en [contact 2] op 30 april 2023.
Een proces-verbaal van bevindingen, genummerd PL0900-2023175525-41, voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
In de blauwe Albert Heijn tas werden in totaal 3 Iphone's aangetroffen. De derde telefoon kon worden gekraakt. Ik zag dat er de laatste geplaatste simkaart was voorzien van nummer [telefoonnummer 3] .
Contact " [contact 3] "
Ik zag dat het telefoonnummer van dit contact [telefoonnummer 4] in de politiesystemen was
gekoppeld aan [getuige 2] , die in het onderzoek naar [B] werd gehoord. Ik zag dat [getuige 2] ook na de aanhouding van [B] cocaïne, bij waarschijnlijk [verdachte] , blijft bestellen. Ik zag in de whats-app berichten dat [getuige 2] wordt verzocht om zijn verklaring tegen [B] in te trekken. [getuige 2] krijgt min of meer de opdracht om te verklaren dat hij onder invloed was en dat zijn verklaring daarom niet klopte. Ik zag dat [getuige 2] op 06 juni 2023 aan het politiebureau verscheen omdat hij zijn verklaring wilde intrekken wijzigen. [getuige 2] verklaarde dat hij onder invloed was en daardoor niet helemaal helder was toen hij zijn verklaring aflegde.
Een geschrift, inhoudende een extraction report van een whatsappconversatie tussen [telefoonnummer 4] ( [contact 3] ) en [telefoonnummer 3] , voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
29-05-2023
[telefoonnummer 3] : En nog wat gehoord?
[contact 3] : Joo man nog neee steeds niet man zal ik morgen anders gewoon daar heen want duurt wel te lang
[telefoonnummer 3] : Bro aub morgen man ga naarze bel me van te voren
30-05-2023
[contact 3] : Jo man ik ga zo ff bellen naar ze oké ben laat klaar vandaag maar morgen vrij dan zeg ik wel dat ik langs kom bij ze
[telefoonnummer 3] : Zeg van morgen kom ik mijn echte verklaring geven ben nu nuchter, was vorige x niet nuchter dit dat.Bro je moet er gewoon na toe gaan.En zeggen noteer wat ik zeg, je verhaal doen en zeggen in trekken.Bewijs van intrekken en klaar is Kees.
Een proces-verbaal van bevindingen, genummerd PL0900-2023076644-39, voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven:
Op 6 juni 2023 omstreeks 13:00 uur sprak ik getuige [getuige 2] op het politiebureau in
Amersfoort. Getuige [getuige 2] had mij enkele dagen eerder benaderd omdat hij zijn verklaring tegen verdachte [B] wilde wijzigen. Getuige [getuige 2] verklaarde mij op genoemde dag en datum het volgende: ik heb forse problemen nadat ik mijn verklaring afgelegd heb bij jullie;
Ik, [collega 1] , vroeg getuige [getuige 2] hoe het kwam dat hij nu opeens zijn verklaring aan wilde
passen aangezien er een behoorlijke tijd overheen was gegaan. Ik hoorde dat getuige [getuige 2] het volgende verklaarde: ik blijf erbij dat ik geen cocaïne van [B] kocht.
Anders dan de raadvrouw heeft bepleit, acht de rechtbank op grond van de bewijsmiddelen bewezen dat verdachte de gehele onder 1 ten laste gelegde periode (22 juli 2022 tot en met 12 juni 2023) in cocaïne heeft gedeald. De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Verdachte heeft bekend dat hij in de periode vanaf 11 april 2023 (datum aanhouding broer [B] ) heeft gedeald in cocaïne. Dit wordt ook bevestigd door de verklaringen van afnemers [getuige 3] en [getuige 4] . Getuige [getuige 4] beschrijft daarbij ook dat de dealer in een zwarte Peugeot 208 reed. Weliswaar heeft verdachte ter terechtzitting verklaard dat de auto waar hij in reed de kleur ‘nardo grey’ heeft, maar de rechtbank stelt (na enkele zoekopdrachten in een browser) vast dat deze kleur vergelijkbaar is met zwart.
De prijs die voor de cocaïne werd betaald was volgens verdachte 40 tot 50 euro per gram. Dit komt overeen met de prijzen die doorgaans voor cocaïne worden betaald, zoals blijkt uit de jurisprudentie. Verdachte heeft verder verklaard dat de betalingen cash dan wel via Tikkies verliepen.
Uit de gegevens van de bankrekening van verdachte blijkt dat [getuige 5] vanaf 22 juli 2022 27 keer via Tikkie bedragen heeft overgemaakt naar de bankrekening van verdachte. Dit ging in het overgrote deel om bedragen van 50 euro. [getuige 6] maakte vanaf 22 september 2022 veelal bedragen van 100 euro over naar verdachte via Tikkie.
De rechtbank concludeert dat deze door [getuige 5] en [getuige 6] overgemaakte bedragen betalingen voor cocaïne zijn. De verklaring van verdachte dat hij in de periode voor de aanhouding van zijn broer alleen lachgas verkocht, rijmt niet met de hoogte van de bedragen die door [getuige 5] en [getuige 6] zijn betaald. Uit whatsappberichten op de Iphone 8 van verdachte, die is aangetroffen in de blauwe Albert Heijn tas, blijkt namelijk dat flessen lachgas worden verkocht voor een bedrag van 80 euro (pag. 126). Overigens is ook niet gebleken dat de via Tikkie betaalde bedragen door [getuige 5] en [getuige 6] zien op iets anders dan de verkoop van cocaïne.
De rechtbank wijst hierbij op de verklaringen van [getuige 5] en [getuige 6] en de door deze getuigen overgemaakte Tikkies, die in direct verband kunnen worden gebracht met de door verdachte gepleegde handel in cocaïne. Beide getuigen hebben bovendien ook verklaard enkel cocaïne bij verdachte te hebben gekocht en geen lachgas. De aanvang van de pleegperiode wordt daarom vastgesteld op de datum waarop [getuige 5] voor het eerst 50 euro aan verdachte heeft overgemaakt via een Tikkie.
Verdachte heeft voor het eerst ter terechtzitting verklaard dat zijn bankrekening werd gebruikt door een ander. De naam van de persoon heeft verdachte niet willen noemen. Dat de bankrekening van verdachte is gebruikt door iemand anders acht de rechtbank dan ook niet aannemelijk geworden.
De rechtbank is anders dan de raadsvrouw dan ook van oordeel dat ook bewezen kan worden dat verdachte in de periode voorafgaand aan de aanhouding van zijn broer (op 11 april 2023) al heeft gedeald in cocaïne.
Voorwaardelijk verzoek horen getuigen
In het geval de rechtbank de verklaringen van [getuige 5] en [getuige 6] gebruikt voor het bewijs heeft de raadsvrouw verzocht in de gelegenheid te worden gesteld deze personen te horen als getuigen.
De rechtbank stelt vast dat onderhavige zaak op 26 september 2023 pro forma op zitting heeft gestaan. De raadsvrouw heeft toen expliciet te kennen gegeven geen onderzoekswensen te hebben. Zij heeft, zo blijkt uit het proces-verbaal van die terechtzitting, aangegeven dat zij zich kan voorstellen dat zij afnemers wil horen maar op dat moment geen onderzoekswensen te hebben. Op dat moment had zij wel de beschikking over het ‘procesdossier’ waarin de verklaringen van [getuige 5] en [getuige 6] waren opgenomen.
Voorafgaand aan de inhoudelijke behandeling heeft de raadsvrouw ook geen onderzoekswensen geuit. Bij pleidooi heeft de raadsvrouw voor het eerst – ondanks dat er op dat moment geen sprake was van nieuwe feiten of omstandigheden die aanleiding gaven tot het innemen van een nieuw standpunt - het voorwaardelijke verzoek gedaan tot het horen van de genoemde getuigen.
Hoewel de rechtbank ziet dat deze getuigen belastend hebben verklaard jegens verdachte, is de rechtbank van oordeel dat het onder deze omstandigheden op een dergelijk laat moment indienen van (voorwaardelijke) onderzoekswensen in strijd is met de goede procesorde en schadelijk voor een kwalitatief goede en effectieve rechtspleging. De rechtbank wijst het verzoek dan ook af.
T.a.v. feit 2
Op grond van de hiervoor weergegeven bewijsmiddelen, waaronder de bekennende verklaring van verdachte, acht de rechtbank het onder 2 ten laste gelegde feit wettig en overtuigend bewezen zoals hieronder in rubriek 5 is weergegeven.
T.a.v. feit 3
De rechtbank is van oordeel dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het witwassen van € 31.390,-, aangezien uit de bovenstaande bewijsmiddelen volgt dat verdachte dit geldbedrag voorhanden heeft gehad en hij dit heeft verdiend met eigen misdrijven, namelijk de handel in cocaïne en lachgas.
T.a.v. feit 4
Uit de tekst en de wetsgeschiedenis volgt dat het doel van dit wetsartikel is de bescherming van de vrijheid van personen om onbelemmerd ten overstaan van een rechter of een ambtenaar een verklaring af te leggen.Dat beïnvloeden kan op allerlei manieren: mondeling, schriftelijk, door gebaren of via een afbeelding. Het is niet nodig dat die verklaring vervolgens ook daadwerkelijk zo wordt afgelegd.Ook hoeft niet komen vast te staan dat sprake is geweest van intimidatie.
Bij de beoordeling of er sprake is van een strafbare vorm van beïnvloeding zoals hiervoor bedoeld gaat de rechtbank uit van het volgende.
De telefoon waarmee de berichten naar getuigen [getuige 2] en [getuige 1] zijn verstuurd is van verdachte. De rechtbank gaat er vanuit dat dit de privé telefoon is van verdachte, aangezien hij bij de insluitingsfouillering van verdachte is aangetroffen, er foto’s van zijn broer [B] op stonden en er whatsapp conversaties in zijn gevonden tussen verdachte en zijn zus, [zus] ( [contact 2] ). In die conversaties wordt namelijk gesproken over ‘mama’ en over het meenemen van kleren naar de penitentiaire inrichting voor hun broer [B] en het opvragen van zijn strafdossier.
Uit de hiervoor weergegeven bewijsmiddelen volgt dat verdachte op 5, 29 en 30 mei 2023 via whatsapp berichten heeft gestuurd naar twee getuige in de strafzaak van zijn broer, [getuige 1] en [getuige 2] . Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit de aard van de bewoordingen die verdachte heeft geuit dat hij de vrijheid van de getuigen om naar waarheid of geweten ten overstaan van een rechter en/of ambtenaar een verklaring af te leggen wilde beïnvloeden. Die beïnvloeding door verdachte heeft bovendien ook effect gehad. Dit blijkt uit het feit dat getuige [getuige 1] een dag voor de whatsappconversatie met verdachte, op 4 mei 2023, naar het politiebureau heeft gebeld omdat hij zijn verklaring tegen [B] wilde intrekken. Toen dit niet mogelijk bleek, wilde hij zijn verklaring wijzigingen (pag. 130). Daarnaast heeft getuige [getuige 2] ook een paar dagen na de whatsappconversatie met verdachte, op 6 juni 2023, op het politiebureau verklaard dat hij zijn verklaring tegen verdachte [B] wilde wijzigen. Hij verklaarde dat hij door zijn vele gebruik van middelen niet helemaal helder was tijdens het afleggen van zijn eerdere verklaring(pag. 871).
Naar het oordeel van de rechtbank blijkt uit de aard van de bewoordingen die verdachte heeft geuit dat hij opzet had om de vrijheid van de getuigen om onbelemmerd en naar eigen inzicht te verklaren te beïnvloeden. Ook blijkt uit de whatsappconversatie tussen verdachte en zijn zus van 30 april 2023 dat zij hem een bestand stuurt waar de namen van vier getuigen uit blijken, waaronder die van ‘buurman’ (de naam waaronder het telefoonnummer van [getuige 1] stond opgeslagen in de telefoon van verdachte (pag. 128)) (pag. 704). In diezelfde conversatie hebben verdachte en zijn zus het over verklaringen intrekken en wijzigen (pag. 707 t/m 710). De rechtbank is op basis hiervan van oordeel dat er sprake is van nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn zus. Verdachte heeft getuigen [getuige 1] en [getuige 2] dan ook tezamen en in vereniging met een ander beïnvloed in hun verklaringsvrijheid.