Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.Het verloop van de procedure
- het verzoekschrift van [verzoekster] , ontvangen op 11 december 2023, met 38 producties;
- het verweerschrift van [verweerder] van 22 januari 2024 met 6 producties.
2.De feiten
Mijn kennis van het mobiele netwerk kan ook mijn valkuil zijn. Het gevaar bestaat dat collega’s zich hierdoor geïntimideerd voelen en zich niet meer vrij uiten. Soms wat laconieke houding, welke weleens geïnterpreteerd kan worden als desinteresse. In HGG van december 2021 staat: “
Soms heeft [verweerder (voornaam)] niet in de gaten dat de omgeving nog ergens anders is dan hij zijn toelichting tijdens een gesprek verwacht. Hij heeft er eerder feedback over gekregen en ervoor gekozen een stapje terug te doen. Dat kost soms moeite maar het gaat beter als hij niet altijd meer inbelt in de sessies.”
De door mij voorgestelde (mogelijke) oplossing: Een overleg waar iedereen bij aanwezig is om hun kritiek (op mij) te uiten. En deze kritiek vervolgens in (juiste) perspectief te plaatsen door deze met hun eigen functioneren te vergelijke.
Het vooraf laten invullen van de 360 graden feedback tool van [verzoekster] door alle betrokkene (…)
Bespreken van de ‘gebreken’ van (sommige) collega’s (…)
Ik sta terdege open voor (externe) begeleiding, daar waar het hele team betrokken is/wordt
De communicatie, welke vooraf al door mij is gedaan, waarbij e.e.a. toch al ‘voorspeld’ is.
De kanttekening dat ik niet overtuigd ben dat het hele team hier hetzelfde in zit.