Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.[eiseres sub 1] ,
[eiser sub 2],
1.[gedaagde sub 1] ,
[gedaagde sub 2],
- mevrouw [eiseres sub 1] , eiser,
- de heer [eiser sub 2] , eiser,
- mr. J. Keizer, advocaat eisers,
- de heer [gedaagde sub 1] , gedaagde
- de heer [gedaagde sub 2] , gedaagde
- mr. C.J. Tijman, advocaat gedaagden.
1.Het procesverloop
- de dagvaarding, met producties 1 t/m 10,
- de conclusie van antwoord en eis in voorwaardelijke reconventie, met producties 1 en 2,
- de conclusie van antwoord in voorwaardelijke reconventie, met productie 11,
- de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling van 21 februari 2023,
- de spreekaantekeningen namens [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] .
2.De beoordeling van de zaak in conventie en voorwaardelijke reconventie
De feiten
- 12 januari 2017: de juridische levering van perceel [perceel 1] aan [eiseres sub 1] en [eiser sub 2] ;
- 16 februari 2018: de juridische levering van perceel [perceel 2] aan [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] ;
- 6 april 2018: de juridische levering van perceel [perceel 3] aan [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] ;
- 9 juli 2018: [eiseres sub 1] en [eiser sub 2] laten via aangetekende brief aan [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] weten dat ten behoeve van [perceel 2] geen recht van overpad bestaat om via [perceel 3] over het erf van [eiseres sub 1] en [eiser sub 2] naar de openbare weg te komen en gaan;
- Vervolgens zijn [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] tot splitsing van perceel [perceel 2] overgegaan naar [perceel 4] en [perceel 5] ;
- 8 april 2021: de juridische levering van perceel [perceel 4] door [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] aan de heer [A] en mevrouw [B] ;
- Sinds 2 oktober 2007 rust op het erf van [eiseres sub 1] en [eiser sub 2] (dienend erf) ten gunste van perceel [perceel 3] (heersend erf) “
- Er was voor perceel [perceel 2] (vóór de splitsing) een recht om via perceel [perceel 6] (de voorbuurman) naar de openbare weg te komen;
- Na splitsing van perceel [perceel 2] in [perceel 4] en [perceel 5] is perceel [perceel 4] verkocht zonder ten behoeve van [perceel 5] een recht van overpad te bedingen.
- dagvaardingen € 254,86 (2 dagvaardingen á € 127,43)
- griffierecht € 314,-
- salaris gemachtigde € 1.794,- (tarief II á € 598,- x 3 punten*)