Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding met producties 1 tot en met 15
- de conclusie van antwoord met producties 1 tot en met 7
- het herstelexploot bij de betekende dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van de gemachtigde van [eiser]
- de pleitnota van de gemachtigde van [gedaagde]
2.De feiten
zelfstandigen zoveel mogelijk allround planningswerkzaamheden uit te voeren voor de afdeling [afdeling] op een niveau voldoende
3.Het geschil
€ 75.000,-, dan wel een in goede justitie te bepalen dwangsom;
4.De beoordeling
toetsingskader in kort geding
terwijlhij zich moet gaan verdiepen in een nieuwe doelgroep, in andere protocollen en een ander computersysteem. Ook als [gedaagde] dit met de beste bedoelingen heeft bedacht, is dit niet de juiste aanpak. Het is aan [gedaagde] ervoor te zorgen dat [eiser] een verbetertraject kan volgen op basis van zijn eigen werkzaamheden, dus als planner voor de doelgroep [afkorting 2] , zodat het traject zuiver is en hij daarin een ‘eerlijke kans’ heeft. Ook is het aan [gedaagde] om daar de randvoorwaarden voor te creëren. Met de keuze voor de begeleider van [eiser] in het verbetertraject heeft zij een goede zet gedaan nu beide partijen zeggen daar veel vertrouwen in te hebben en [eiser] goed met haar kan samenwerken. Voor het overige heeft [gedaagde] niet laten blijken dat van voldoende serieuze en recente pogingen sprake is geweest om eventuele problemen tussen collega’s en [eiser] op te lossen. Dat zal zij alsnog moeten adresseren.
793,00(vast tarief gemiddeld kanton kort geding)
5.De beslissing
€ 50.000,-, dan wel een in goede justitie te bepalen dwangsom;
,vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na betekening tot de voldoening;