Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.ONTVANKELIJKHEID VAN HET OPENBAAR MINISTERIE
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
ultimate benefical owner, ook wel de uiteindelijke economisch eigenaar, van [notaris] NV te zijn en dit bedrijf is gevestigd in Curaçao. [10] Uit het onderzoek komt naar voren dat de € 835.000,- voor de betaling van het pand via verschillende bedrijven bij [notaris] NV is terechtgekomen. Zo werd op 7 juli 2006 een bedrag van € 425.000,- overgemaakt van [bedrijf 2] Bvba naar [bedrijf 3] BV. Op 25 en 31 juli 2006 werd respectievelijk € 380.000,- en € 214.572,50 van [bedrijf 4] NV ook naar [bedrijf 3] BV overgemaakt. [11] [bedrijf 3] NV kreeg eind juli 2006 van eerdergenoemde partijen dus een bedrag van € 1.019.572,50. Vervolgens werd op 10 augustus 2006 een bedrag van € 760.000,- van [bedrijf 3] BV weer teruggestort [bedrijf 4] NV. [12] Uiteindelijk wordt € 850.00,- van [bedrijf 4] NV overgemaakt naar [notaris] NV waarna [notaris] NV het bedrag van € 835.000,- voor de betaling van het pand overmaakte naar de notaris. [13] Verdachte was betrokken bij [bedrijf 2] Bvba gevestigd in België, [bedrijf 3] BV gevestigd in Nederland en [bedrijf 4] NV gevestigd in België als (gedelegeerd) bestuurder of enig aandeelhouder. [14]
Uit de resultaten van een dergelijk onderzoek moet blijken dat met voldoende mate van zekerheid kan worden uitgesloten dat de geldbedragen en de goederen waarop de verdenking betrekking heeft, een legale herkomst hebben en dat derhalve een criminele herkomst als enige aanvaardbare verklaring kan gelden.
5.BEWEZENVERKLARING
6.STRAFBAARHEID VAN HET FEIT
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
9.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
10.BESLISSING
een gevangenisstraf van achttien (18) maanden.