Op 7 februari 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht. De zaak betreft de intrekking van het recht op bijstand van eiser, die sinds 20 juli 2020 bijstand ontving. De intrekking volgde na een opschorting van het recht op bijstand op 22 maart 2022, omdat eiser niet de gevraagde bankafschriften had overgelegd. Eiser had de mogelijkheid om het verzuim te herstellen, maar heeft dit niet gedaan.
De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder terecht het recht op bijstand heeft opgeschort en later ingetrokken. Eiser voerde aan dat er geen sprake was van een rechtmatigheidsonderzoek en dat de anonieme tip die tot het onderzoek leidde onvoldoende was. De rechtbank oordeelde echter dat verweerder bevoegd was om onderzoek te doen naar de juistheid van de verstrekte gegevens, ongeacht de anonieme tip.
Eiser stelde dat hij door persoonlijke omstandigheden, waaronder het overlijden van een familielid en ziekte, niet in staat was om zijn post tijdig te verwerken. De rechtbank erkende de moeilijke situatie van eiser, maar oordeelde dat dit niet voldoende was om hem niet te verwijten dat hij de gevraagde informatie niet tijdig had aangeleverd. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en bevestigde de beslissing van verweerder om de bijstand in te trekken en terug te vorderen.