In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen, omdat zij van mening is dat verweerder niet tijdig heeft beslist op haar aanvraag van 26 februari 2021 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft op 7 augustus 2023 uitspraak gedaan in deze enkelvoudige kamer. Eiseres heeft op 14 april 2023 beroep ingesteld, nadat verweerder in gebreke was gesteld op 8 april 2022. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en dat het beroep gegrond is. Verweerder is opgedragen om alsnog binnen een termijn van twee weken na de uitspraak een besluit te nemen. De rechtbank heeft ook bepaald dat verweerder een dwangsom van € 100,- per dag moet betalen voor elke dag dat hij de beslistermijn overschrijdt, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast is verweerder veroordeeld tot het vergoeden van de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 418,50 en het betaalde griffierecht van € 50,-. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.