In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, op 7 augustus 2023, wordt het beroep van eiser behandeld tegen de Belastingdienst/Toeslagen. Eiser heeft een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag op 9 maart 2021, maar de Belastingdienst heeft niet tijdig beslist. Eiser heeft op 15 maart 2022 de Belastingdienst in gebreke gesteld en heeft pas op 27 maart 2023 beroep ingesteld. De rechtbank oordeelt dat de beslistermijn is overschreden en verklaart het beroep gegrond. De rechtbank draagt de Belastingdienst op om uiterlijk 1 juli 2024 alsnog een besluit bekend te maken. Tevens wordt er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiser krijgt een vergoeding van € 418,50 voor de proceskosten en het betaalde griffierecht van € 50,- moet door de Belastingdienst aan eiser worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.