ECLI:NL:RBMNE:2023:4346
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Boete wegens schending inlichtingenplicht AOW na huwelijk in Marokko
In deze zaak heeft eiser, die sinds juli 2012 een AOW-pensioen ontvangt, niet tijdig melding gemaakt van zijn huwelijk in Marokko op [datum] 2021. De Sociale Verzekeringsbank (SVB) heeft daarop het AOW-pensioen van eiser herzien en een boete opgelegd van € 538,20 wegens schending van de inlichtingenplicht. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen deze boete, maar de SVB heeft het bezwaar ongegrond verklaard. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld bij de Rechtbank Midden-Nederland.
Tijdens de zitting heeft eiser aangevoerd dat hij de inlichtingenplicht niet heeft geschonden, omdat hij dacht dat de inschrijving van zijn huwelijk in de Basisregistratie Personen (BRP) voldoende was. De rechtbank oordeelt echter dat eiser niet onverwijld melding heeft gemaakt van zijn huwelijk bij de SVB, wat een schending van de inlichtingenplicht betekent. De rechtbank wijst erop dat eiser meerdere keren is gewezen op zijn verplichtingen en dat hij redelijkerwijs had moeten begrijpen dat hij zijn huwelijk moest melden.
De rechtbank concludeert dat de boete terecht is opgelegd en dat er geen sprake is van verminderde verwijtbaarheid. Eiser heeft geen overtuigende argumenten aangedragen om aan te nemen dat hij verminderd verwijtbaar is of dat er dringende redenen zijn om van de boete af te zien. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de beslissing van de SVB.