ECLI:NL:RBMNE:2023:4294
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing vordering gijzeling ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel
Op 16 augustus 2023 heeft de Rechtbank Midden-Nederland, zittingsplaats Utrecht, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de vordering tot gijzeling van een veroordeelde. De rechtbank behandelde de vordering ter openbare terechtzitting op 2 augustus 2023, waarbij de officier van justitie, mr. S. Mirshahi, en de raadsman, mr. P.E. van Zon, aanwezig waren. De veroordeelde was niet verschenen, maar de rechtbank constateerde dat hij voldoende op de hoogte was van de zitting. De rechtbank had eerder, op 1 februari 2023, een ontnemingsmaatregel opgelegd aan de veroordeelde, die een bedrag van € 228.009,61 moest betalen. Na aftrek van beslag en rente resteerde er nog een bedrag van € 150.956,53. De officier van justitie diende een schriftelijke vordering in voor gijzeling van 540 dagen, omdat de veroordeelde zijn betalingsverplichtingen niet was nagekomen. De rechtbank oordeelde dat de veroordeelde niet voldoende had gedaan om aan zijn verplichtingen te voldoen en dat hij zich onvindbaar had opgesteld. De rechtbank besloot de vordering van het Openbaar Ministerie toe te wijzen en verleende de machtiging tot gijzeling voor de duur van 540 dagen. De beslissing werd genomen door de meervoudige kamer, bestaande uit mr. A.J. Reitsma, mr. A.M.M. Lemmen en mr. D.E. Hooydonk, en werd openbaar uitgesproken op 16 augustus 2023.