Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
kantonrechter
wonende te [woonplaats] , Duitsland,
eiser,
gemachtigde mr. C.I. Zaad,
ASR SCHADEVERZEKERING N.V.
gevestigd te Utrecht,
gedaagde,
1.De procedure
- de dagvaarding van 27 januari 2023 met producties 1 tot en met 7;
- de conclusie van antwoord met producties 1 tot en met 9;
- de brief van de griffier van 1 mei 2023 met de oproep voor de mondelinge behandeling en instructie over de behandeling;
- de akte overlegging producties van ASR met producties 10 en 11.
2.De beoordeling
De samenvatting van het geschil
volledigheeft verhaald op de verzekeraar van [eiser] en dat een bedrag van € 4.639,84 al op 21 juni 2022 is betaald. Deze e-mail is ruim vóór het sluiten van de overeenkomst ter beëindiging van deze procedure verstuurd. Dat [eiser] de inhoud van deze e-mail niet goed tot zich door heeft laten dringen kan hij niet aan ASR tegenwerpen. Dat kan hij alleen zichzelf verwijten. ASR mag hem dus houden aan de vaststellingsovereenkomst. Het beroep op de vernietigbaarheid wegens dwaling faalt.