In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, op 7 juli 2023, wordt het beroep van eiseres behandeld tegen de Belastingdienst/Toeslagen. Eiseres heeft een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag op 6 april 2021, maar de Belastingdienst heeft niet tijdig beslist. Eiseres heeft op 19 april 2023 beroep ingesteld, nadat de beslistermijn was overschreden en de Belastingdienst in gebreke was gesteld op 7 april 2022. De rechtbank oordeelt dat het beroep gegrond is, omdat de Belastingdienst niet binnen de gestelde termijn een besluit heeft genomen. De rechtbank draagt de Belastingdienst op om uiterlijk 1 juli 2024 alsnog een besluit bekend te maken. Tevens wordt er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres krijgt een vergoeding van € 418,50 voor de proceskosten en het betaalde griffierecht van € 50,- moet door de Belastingdienst aan eiseres worden vergoed. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over hun recht om in beroep te gaan bij de Raad van State.