In deze zaak heeft eiseres, een inwoner van Groot-Brittannië, beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen omdat deze niet tijdig heeft beslist op haar bezwaren van 4 oktober 2022 tegen de definitieve beschikkingen compensatie kinderopvangtoeslag van 29 augustus 2022. Eiseres heeft op 10 mei 2023 een ingebrekestelling verzonden, waarna zij meer dan twee weken later beroep heeft ingesteld. De rechtbank heeft vastgesteld dat de beslistermijn is overschreden en heeft het beroep gegrond verklaard. De rechtbank heeft de Belastingdienst/Toeslagen opgedragen om alsnog binnen een termijn van uiterlijk 1 juli 2024 een besluit te nemen op de bezwaren van eiseres. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op een vergoeding van de proceskosten, die door de Belastingdienst/Toeslagen moet worden betaald, en het door haar betaalde griffierecht van € 50,- moet worden vergoed. De uitspraak is gedaan door mr. B. Fijnheer op 27 juli 2023.