In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, op 23 juni 2023, wordt het beroep van eiseres behandeld tegen de Belastingdienst/Toeslagen. Eiseres heeft een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag op 11 januari 2021, maar de Belastingdienst heeft niet tijdig beslist. Eiseres heeft op 3 april 2023 een verweerschrift ontvangen en heeft geen gebruik gemaakt van haar recht om gehoord te worden. De rechtbank heeft het onderzoek gesloten.
De rechtbank overweegt dat tegen het niet tijdig nemen van een besluit beroep kan worden ingesteld, zodra het bestuursorgaan in gebreke is. Eiseres heeft verweerder op 6 maart 2023 in gebreke gesteld, en het beroep is op 24 maart 2023 ingediend. De rechtbank constateert dat de beslistermijn is overschreden en verklaart het beroep gegrond. Verweerder moet alsnog binnen twee weken na de uitspraak een besluit nemen, met een nieuwe beslistermijn tot uiterlijk 1 juli 2024.
Daarnaast legt de rechtbank een dwangsom op van € 100,- per dag voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank stelt de dwangsom vast op € 1.442,-, omdat de maximale termijn van 42 dagen is verstreken. Eiseres krijgt ook een vergoeding voor de proceskosten van € 418,50 en het door haar betaalde griffierecht van € 50,- moet door verweerder worden vergoed. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.