In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiseres behandeld tegen de Belastingdienst/Toeslagen. Eiseres, afkomstig uit Curaçao, heeft een aanvraag ingediend voor herbeoordeling van haar kinderopvangtoeslag op 19 augustus 2021. De rechtbank oordeelt dat de Belastingdienst niet tijdig heeft beslist op deze aanvraag. Eiseres heeft op 8 maart 2023 beroep ingesteld, nadat de Belastingdienst in gebreke was gesteld op 2 november 2022. De rechtbank stelt vast dat de beslistermijn is overschreden en verklaart het beroep gegrond. De rechtbank draagt de Belastingdienst op om binnen twee weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen, met een uiterste datum van 1 juli 2024. Tevens wordt een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres krijgt ook een vergoeding voor de proceskosten van € 418,50 en het betaalde griffierecht van € 50,- moet door de Belastingdienst worden vergoed. De uitspraak is gedaan door mr. B. Fijnheer en is openbaar uitgesproken op 28 juni 2023.