Uitspraak
[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres
de burgemeester van de gemeente Houten
[derde-partij 1] en [derde-partij 2], uit [woonplaats] .
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 8 juni 2023 uitspraak gedaan over een tijdelijk huisverbod dat aan eiseres was opgelegd. Eiseres had beroep ingesteld tegen dit huisverbod, dat op 3 juni 2023 om 13.03 uur was ingegaan en een duur had van tien dagen. Het huisverbod gold voor de woning in [woonplaats]. De voorzieningenrechter heeft het beroep en het verzoek om voorlopige voorziening behandeld tijdens een zitting waar eiseres, haar gemachtigde en de gemachtigden van de burgemeester aanwezig waren. De burgemeester had het huisverbod opgelegd omdat er ernstige en onmiddellijke gevaren voor de veiligheid van de bewoners waren, wat onderbouwd werd door feiten en omstandigheden die in de bijlage van het Besluit tijdelijk huisverbod zijn opgenomen. De voorzieningenrechter oordeelde dat er voldoende feitelijke grondslag was voor de maatregel en dat het bestreden besluit toereikend gemotiveerd was. De rechter concludeerde dat de burgemeester op goede gronden had geoordeeld dat onmiddellijk ingrijpen vereist was, gezien de acute dreiging die aanwezig was door het gedrag van eiseres, waaronder alcohol- en drugsgebruik en eerdere gewelddadige incidenten. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, wat betekende dat het huisverbod in stand bleef tot 13 juni 2023. Eiseres kreeg geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door de voorzieningenrechter, met de mogelijkheid voor partijen om in hoger beroep te gaan.