In deze zaak heeft eiseres beroep ingesteld tegen de Belastingdienst/Toeslagen omdat zij van mening is dat er niet tijdig is beslist op haar aanvraag van 19 april 2021 voor herbeoordeling van de kinderopvangtoeslag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Belastingdienst de beslistermijn heeft overschreden. Eiseres had op 5 januari 2023 verzocht om vrijstelling van het griffierecht, maar dit verzoek werd afgewezen omdat zij niet had gereageerd op een verzoek om financiële gegevens. De rechtbank heeft besloten dat een zitting niet nodig was en dat de ingebrekestelling door eiseres niet prematuur was, omdat de Belastingdienst op de hoogte was van de vertraging. De rechtbank heeft de Belastingdienst opgedragen om alsnog binnen een termijn van twee weken na de uitspraak een besluit te nemen. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Eiseres heeft recht op een vergoeding van de proceskosten en het griffierecht. De uitspraak is gedaan door rechter mr. O. Veldman en is openbaar uitgesproken op 17 mei 2023.