ECLI:NL:RBMNE:2022:688
Rechtbank Midden-Nederland
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen uitspraak over niet tijdig beslissen door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort
In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 17 januari 2022 uitspraak gedaan in een verzetsprocedure tegen een eerdere uitspraak van 28 oktober 2021. Het verzet is ingediend door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort, die in deze procedure als opposant optreedt. De zaak betreft een beroep dat door twee derde-belanghebbenden is ingediend op 13 september 2021, omdat de opposant niet tijdig had beslist op hun bezwaar van 4 augustus 2021. De rechtbank had in de eerdere uitspraak het beroep gegrond verklaard, maar de opposant was het daar niet mee eens en heeft verzet aangetekend.
Tijdens de zitting op 15 december 2021 is de opposant vertegenwoordigd door de heer [A]. De gemachtigde van de derde-belanghebbenden was niet aanwezig, maar had wel bericht van verhindering gestuurd. De rechtbank heeft in haar overwegingen vastgesteld dat de beslistermijn op 8 december 2021 eindigde, en dat de ingebrekestelling van 23 augustus 2021 prematuur was, omdat deze was ingediend voordat de beslistermijn was verstreken. De rechtbank concludeert dat de eerdere uitspraak van 28 oktober 2021 niet juist was, omdat de beslistermijn op dat moment nog niet was verstreken.
De rechtbank verklaart het verzet gegrond en vervalt de eerdere uitspraak. De zaak wordt terugverwezen naar het betreffende team voor verdere behandeling. Er is geen sprake van een vergoeding van proceskosten. De uitspraak is gedaan door mr. B. Fijnheer, rechter, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.