Uitspraak
RECHTBANK Midden-Nederland
1.De procedure
2.Waar gaat de zaak over?
3.De beoordeling
“elektronische bescheiden die betrekking hebben op de omzeiling van het licentiesysteem van [ [eiseres] ] op de daarbij betrokken inbreuk makende producten en de dienstverlening daaromtrent”. Eerst is globaal conservatoir bewijsbeslag gelegd op verschillende digitale bestanden, die een ICT-deskundige ter plekke heeft gekopieerd. Vervolgens heeft de definitieve beslaglegging plaatsgevonden “
na selectie met behulp van onder meer de zoektermen ‘ [eiseres] ’ en ‘licentie’”. Het definitieve beslag omvat in totaal 18 e-mails (hierna: de e-mails).
na selectie met behulp van onder meer de zoektermen ‘ [eiseres] ’ en ‘licentie’”. Dit is een voldoende duidelijke omschrijving van de gehanteerde methode, die naar het oordeel van de rechtbank voor de hand ligt. Volgens [gedaagde] laten de woorden
“onder meer”de mogelijkheid open dat de deurwaarder de data ook op andere termen dan ‘ [eiseres] ’ en ‘licentie’ heeft gefilterd. De rechtbank ziet hierin geen bezwaar. Ten eerste blijkt uit de algemene opdracht dat de deurwaarder heeft gezocht naar informatie die ging over het omzeilen van het licentiesysteem. Dus zelfs als de deurwaarder andere zoektermen heeft gebruikt dan ‘ [eiseres] ’ en ‘licentie’, heeft hij zich beperkt tot specifieke informatie. Als een groot aantal bescheiden in beslag zou zijn genomen, zou dit misschien nog vragen om een uitgebreidere beschrijving van de zoektermen, maar dat is hier niet het geval. Het gaat in deze zaak om 18 in beslag genomen e-mails. Dit is een zeer overzichtelijke hoeveelheid informatie. De rechtbank vindt het bezwaar van [gedaagde] onvoldoende geconcretiseerd. De gang van zaken duidt naar het oordeel van de rechtbank – anders dan [gedaagde] betoogt – niet op een
fishing expedition.