Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 december 2022 in de zaak tussen
[eiseres], uit [woonplaats], eiseres
Inleiding
Overwegingen
Het geschil
Beoordeling door de rechtbank
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft eiseres, eigenaar van een kadastraal perceel in [woonplaats], een handhavingsverzoek ingediend bij het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrechtse Heuvelrug. Dit verzoek was gericht tegen vermeende overtredingen met betrekking tot een erfafscheiding en een uitrit op een aangrenzend perceel. Het college heeft eiseres echter niet als belanghebbende aangemerkt, waardoor haar verzoek niet in behandeling werd genomen. Eiseres heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar dit bezwaar werd door het college niet-ontvankelijk verklaard.
De rechtbank heeft het beroep van eiseres op 15 november 2022 behandeld. De rechtbank oordeelt dat eiseres ten onrechte niet als belanghebbende is aangemerkt. Volgens de rechtbank is eiseres in beginsel belanghebbende, omdat haar perceel grenst aan de percelen waar de vermeende overtredingen plaatsvinden. De rechtbank stelt vast dat eiseres feitelijke gevolgen van enige betekenis kan ondervinden door de situatie op het aangrenzende perceel. Dit betekent dat het college het bezwaar van eiseres ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard.
De rechtbank vernietigt het bestreden besluit van het college en draagt het college op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen, waarbij het college inhoudelijk moet beoordelen of er sprake is van overtredingen. Daarnaast moet het college het griffierecht en de proceskosten aan eiseres vergoeden. De uitspraak is gedaan door mr. Y.N.M. Rijlaarsdam en is openbaar uitgesproken op 20 december 2022.