ECLI:NL:RBMNE:2022:4716
Rechtbank Midden-Nederland
- Proces-verbaal
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen besluit tot ontheffing van arbeidsverplichtingen op basis van advies van deskundige instantie
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 2 juni 2022 uitspraak gedaan in een beroep van eiser tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht. Eiser, die een bijstandsuitkering ontvangt, was het niet eens met het besluit van 25 januari 2022, waarin hij voor 20 uur per week werd ontheven van zijn arbeidsverplichtingen. Eiser stelde dat het advies van Calder Werkt, waarop het besluit was gebaseerd, onvoldoende was onderbouwd en dat hij volledig ontheven moest worden van de arbeidsverplichtingen vanwege zijn gezondheidstoestand, die onder andere werd beïnvloed door een whiplash.
De rechtbank heeft de zaak behandeld via een beeldverbinding en heeft na de zitting onmiddellijk uitspraak gedaan. In de beoordeling heeft de rechtbank vastgesteld dat het advies van Calder Werkt zorgvuldig tot stand was gekomen en dat er geen onjuistheden in het advies waren aangetroffen. De rechtbank oordeelde dat eiser terecht voor 20 uur per week was vrijgesteld van de arbeidsverplichtingen, en dat er geen aanleiding was om te twijfelen aan de conclusies van de deskundigen. Eiser had geen voldoende onderbouwde medische stukken overgelegd die zijn stelling konden ondersteunen dat hij volledig ontheven moest worden van de arbeidsverplichtingen.
De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond, wat betekent dat eiser geen gelijk kreeg. Eiser kreeg geen terugbetaling van het griffierecht en ook geen vergoeding van de proceskosten. De uitspraak werd openbaar uitgesproken door rechter C.M. Dijksterhuis, in aanwezigheid van griffier S. Bazaz. Partijen werden gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan tegen deze uitspraak.