Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 3 november 2022 in de zaak tussen
[eiseres] , uit [woonplaats] , eiseres
Zitting
Beoordeling door de rechtbank
Medische beoordeling
Arbeidskundige beoordeling
Inkomenseis
Rechtbank Midden-Nederland
In deze zaak heeft eiseres, werkzaam als medewerker wijkbureau bij de gemeente Utrecht, zich op 20 februari 2017 arbeidsongeschikt gemeld. Na een wachttijd van 18 maanden heeft zij op 8 maart 2019 een WIA-uitkering toegekend gekregen op basis van een arbeidsongeschiktheidspercentage van 80-100%. In een later besluit van 29 juli 2020 heeft het UWV haar een WGA-loonaanvullingsuitkering toegekend, maar dit leidde tot bezwaar van de ex-werkgever. Het UWV heeft in een bestreden besluit van 3 maart 2022 het bezwaar van de ex-werkgever gegrond verklaard en de arbeidsongeschiktheid vastgesteld op 67,96%, met een inkomenseis die ingaat per 21 december 2021.
Eiseres is het niet eens met dit besluit en heeft beroep ingesteld. De rechtbank heeft de zaak op 22 september 2022 behandeld. De rechtbank oordeelt dat het medisch onderzoek door de verzekeringsartsen zorgvuldig is uitgevoerd en dat de vastgestelde arbeidsongeschiktheid van 67,96% terecht is. Echter, de rechtbank constateert dat de ingangsdatum van de inkomenseis onjuist is vastgesteld op 21 december 2021, terwijl deze 1 januari 2024 moet zijn. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en past de ingangsdatum aan. Eiseres heeft recht op vergoeding van griffierecht en proceskosten, die door het UWV moeten worden vergoed.