ECLI:NL:RBMNE:2022:3702

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
14 september 2022
Publicatiedatum
15 september 2022
Zaaknummer
9823339 \ UC EXPL 22-2704
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Verzet
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen verstekvonnis inzake zorgkosten minderjarige en aansprakelijkheid

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 14 september 2022 uitspraak gedaan in een verzetprocedure. De eisende partij, aangeduid als [opposante], heeft verzet aangetekend tegen een verstekvonnis van 16 februari 2022, waarin haar werd veroordeeld tot betaling van een rekening van Infomedics B.V. voor een beugelconsult. De rekening bedroeg € 42,77, waarvan € 7,14 door de verzekeraar was vergoed, waardoor [opposante] nog € 35,63 verschuldigd was. Infomedics had ook buitengerechtelijke incassokosten en proceskosten gevorderd, maar [opposante] was niet verschenen in de eerdere procedure, wat leidde tot het verstekvonnis.

In het verzet stelde [opposante] dat zij minderjarig was ten tijde van de behandeling en dat Infomedics zich tot haar ouders moest richten. De kantonrechter oordeelde echter dat [opposante] op basis van artikel 7:447 BW aansprakelijk was voor de rekening, omdat zij op het moment van de behandeling zestien jaar oud was. De kantonrechter concludeerde dat [opposante] contractspartij was van de zorgverlener en dat haar verzet ongegrond was. De kantonrechter bekrachtigde het verstekvonnis en veroordeelde [opposante] in de proceskosten van de verzetprocedure, die tot dat moment waren vastgesteld op € 55,50 aan salaris voor de gemachtigde van Infomedics.

De beslissing van de kantonrechter bevestigt de aansprakelijkheid van minderjarigen voor zorgkosten, mits zij de leeftijd van zestien jaar hebben bereikt, en benadrukt de verplichtingen van ouders in dergelijke situaties. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 14 september 2022.

Uitspraak

RECHTBANKMIDDEN-NEDERLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Utrecht
Zaaknummer: 9823339 \ UC EXPL 22-2704
Vonnis van 14 september 2022
in de zaak van
[opposante],
wonende in [woonplaats] ,
eisende partij in het verzet,
hierna te noemen: [opposante] ,
gemachtigde: mr. J.J. van Vliet,
tegen
INFOMEDICS B.V., mede handelend onder de namen INFOMEDICS FACTORING, UWNOTA.NL, DFA SERVICES EN INFOMEDICS DFA,
gevestigd in Almere,
gedaagde partij in het verzet,
hierna te noemen: Infomedics,
gemachtigde: Bosveld Gerechtsdeurwaarders B.V.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verstekvonnis van 16 februari 2022 met kenmerk 9631955 \ UC EXPL 22-401,
- de verzetdagvaarding (aan te merken als conclusie van antwoord),
- de conclusie van antwoord in oppositie (aan te merken als conclusie van repliek) met productie 3,
- de conclusie van repliek in oppositie (aan te merken als conclusie van dupliek) met producties 1 tot en met 3,
- de akte uitlaten producties van Infomedics.
1.2.
De kantonrechter heeft besloten dat de uitspraak vandaag is.

2.Waar gaat het over?

2.1.
Infomedics heeft op 23 juni 2021 een rekening aan [opposante] gestuurd voor een beugelconsult bij [onderneming] . Het totaalbedrag van de rekening is € 42,77 en € 7,14 daarvan is door de verzekeraar vergoed. [opposante] is op basis van de rekening dus nog € 35,63 verschuldigd, te vermeerderen met de wettelijke rente.
2.2.
[opposante] heeft de rekening niet betaald. Infomedics heeft daarom een procedure tegen [opposante] aanhangig gemaakt en betaling van de rekening gevorderd. Infomedics heeft ook gevorderd dat [opposante] de buitengerechtelijke incassokosten, de wettelijke rente en de proceskosten betaalt. [opposante] is niet verschenen in de procedure. De kantonrechter heeft verstek tegen haar verleend en in het verstekvonnis van 16 februari 2022 de vorderingen van Infomedics toegewezen.
2.3.
[opposante] komt nu in verzet tegen het vonnis. Zij is het niet eens met de vordering van Infomedics. Volgens [opposante] moet Infomedics zich richten tot haar ouders, omdat zij minderjarig was ten tijde van de behandeling bij de orthodontist. [opposante] concludeert tot vernietiging van het verstekvonnis en niet-ontvankelijkheid van Infomedics, dan wel tot afwijzing van de vorderingen van Infomedics, met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van Infomedics in de kosten van deze procedure.
2.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

3.De beoordeling

3.1.
Het verzet van [opposante] is ongegrond; de kantonrechter zal het verstekvonnis bekrachtigen. [opposante] kan namelijk wel worden aangesproken voor de rekening van de orthodontist, ondanks het feit dat zij op het moment van de behandeling minderjarig was. Hierna wordt uitgelegd waarom.
3.2.
Uitgaande van de stelling van [opposante] dat haar geboortedatum [2004] is, (in de stukken wordt ook [2003] genoemd, maar die datum leidt niet tot een andere uitkomst) was zij op het moment van de behandeling op 2 juni 2021 zestien jaar oud. Op grond van artikel 7:447 BW is een minderjarige van zestien jaar of ouder bekwaam tot het aangaan van een behandelingsovereenkomst ten behoeve van zichzelf, alsmede tot het verrichten van rechtshandelingen die met de overeenkomst onmiddellijk verband houden. De minderjarige is aansprakelijk voor de daaruit vloeiende verbintenissen, onverminderd de verplichting van zijn of haar ouders tot voorziening in de kosten van verzorging en opvoeding.
3.3.
Dat geldt ook als de behandelovereenkomst is gesloten voordat [opposante] zestien jaar was. De minderjarige kan op dat moment weliswaar niet zelf een behandelovereenkomst sluiten, maar de ouders kunnen dat wel namens de minderjarige doen. Of de behandeling op 2 juni 2021 een op zichzelf staande overeenkomst vormt of voortvloeit uit een overeenkomst die is gesloten toen [opposante] jonger dan zestien was, kan in het midden worden gelaten. [opposante] heeft namelijk niet onderbouwd dat haar ouders enige overeenkomst op eigen naam en niet namens [opposante] zijn aangegaan.
3.4.
Een en ander leidt tot de conclusie dat [opposante] contractspartij is van de zorgverlener. Dat betekent dat zij op grond van artikel 7:447 lid 2 BW aansprakelijk is voor de uit de behandelingsovereenkomst voortvloeiende verbintenissen en dat zij volgens artikel 7:447 lid 3 BW bekwaam is in en buiten rechte op te treden in op die behandelingsovereenkomst betrekking hebbende aangelegenheden (zie ook arrest Hof Den Bosch 23 februari 2016, ECLI:NL:GHSHE:2016:639). [opposante] moet de rekening van Infomedics dus betalen. Haar verzet slaagt niet.
3.5.
[opposante] is de partij die ongelijk krijgt en zij zal daarom in de proceskosten worden veroordeeld. De proceskostenveroordeling in het verstekvonnis blijft in stand. Daarnaast moet [opposante] de proceskosten van Infomedics in de verzetprocedure betalen. Tot aan dit vonnis worden de proceskosten aan de zijde van Infomedics als volgt vastgesteld:
- salaris gemachtigde
55,50
(1,5 punten × € 37,00)
Totaal
55,50

4.De beslissing

De kantonrechter:
4.1.
bekrachtigt het verstekvonnis van 16 februari 2022 met kenmerk 9631955 \ UC EXPL 22-401;
4.2.
veroordeelt [opposante] in de kosten van de verzetprocedure aan de zijde van Infomedics, tot de uitspraak van dit vonnis begroot op € 55,50 aan salaris gemachtigde;
4.3.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.R. Creutzberg en in het openbaar uitgesproken op 14 september 2022.