12.BESLISSING
- verklaart het onder feit 1 primair en feit 2 primair ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 staat vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf voor de duur van zes (6) jaren;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- legt aan verdachte op de maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid voor de duur van twee jaren;
- beveelt dat verdachte zich onthoudt van ieder contact, direct dan wel indirect, met [slachtoffer 1] (geboren: [geboortedatum 2] 1989) en [slachtoffer 2] (geboren: [geboortedatum 3] 1990);
- beveelt dat voor het geval niet aan deze maatregel wordt voldaan de maatregel wordt vervangen door zeven dagen hechtenis, met een maximale duur van zes maanden vervangende hechtenis;
- verklaart onttrokken aan het verkeer:
- beveelt de teruggave aan verdachte van:
1 stuk kleding (G2896551);
1 stuk kleding (G2896541);
Benadeelde partij: [slachtoffer 1]
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 1] , van een bedrag van 11.783,- euro, bestaande uit 1.783,- euro aan materiële en 10.000,- euro aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente, vanaf 22 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
- bepaalt dat de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering;
- veroordeelt verdachte in de kosten van de benadeelde partij tot nu toe gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan verdachte op de verplichting tot betaling aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer, [slachtoffer 1] , van een bedrag van 11.783,- euro, te vermeerderen met de wettelijke rente, vanaf 22 oktober 2021, tot aan de dag der algehele voldoening;
- bepaalt dat bij niet-betaling 93 dagen gijzeling kan worden toegepast, met dien verstande dat de gijzeling de verplichting tot betaling niet opheft;
- bepaalt dat bij volledige voldoening van de schadevergoedingsmaatregel de betalingsverplichting aan de benadeelde partij vervalt;
Benadeelde partij: [slachtoffer 2]
- veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij [slachtoffer 2] , van een bedrag van 10.935,- euro, bestaande uit 935,- euro aan materiële en 10.000,- euro aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente, vanaf 22 oktober 2021 tot aan de dag der algehele voldoening;
- bepaalt dat de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk is in de vordering;
- veroordeelt verdachte in de kosten van de benadeelde partij tot nu toe gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken kosten, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan verdachte op de verplichting tot betaling aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer, [slachtoffer 2] , van een bedrag van 10.935,- euro, te vermeerderen met de wettelijke rente, vanaf 22 oktober 2021, tot aan de dag der algehele voldoening;
- bepaalt dat bij niet betaling 89 dagen gijzeling kan worden toegepast, met dien verstande dat de gijzeling de verplichting tot betaling niet opheft;
- bepaalt dat bij volledige voldoening van de schadevergoedingsmaatregel de betalingsverplichting aan de benadeelde partij vervalt.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.J.W. Verhaagh, voorzitter, mr. A.J.P. Schotman en mr. A.J. Reitsma, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R.B. Venema, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 20 juli 2022.
De voorzitter en de jongste rechter zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
1
hij, op of omstreeks 22 oktober 2021, te Utrecht, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer 1] , opzettelijk van het leven te beroven, met dat opzet die [slachtoffer 1] meermalen, althans eenmaal, met een mes, althans met een scherp en/of puntig voorwerp, in de buik(streek), althans het lichaam heeft gestoken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
(art 287 Wetboek van Strafrecht, art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij, op of omstreeks 22 oktober 2021, te Utrecht, althans in Nederland, aan [slachtoffer 1] , opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten darmletsel en/of een of meerdere steek- en/of snijwond(en), heeft toegebracht door die [slachtoffer 1] meermalen, althans eenmaal, met een mes, althans met een scherp en/of puntig voorwerp in de buik(streek), althans het lichaam te steken;
(art 302 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
2
hij, op of omstreeks 22 oktober 2021, te Utrecht, althans in Nederland, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer 2] , opzettelijk van het leven te beroven, met dat opzet die [slachtoffer 2] meermalen, althans eenmaal, met een mes, althans met een scherp en/of puntig voorwerp, in de buik(streek), althans het lichaam heeft gestoken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
(art 287 Wetboek van Strafrecht, art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht)
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij, op of omstreeks 22 oktober 2021, te Utrecht, althans in Nederland, aan [slachtoffer 2] , opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten een geperforeerde (dikke) darm en/of een geperforeerde maag en/of een of meerdere steek- en/of snijwond(en), heeft toegebracht door die [slachtoffer 2] meermalen, althans eenmaal, met een mes, althans met een scherp en/of puntig voorwerp in de buik(streek), althans het lichaam te steken;
(art 302 lid 1 Wetboek van Strafrecht)