In deze uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland, gedaan op 10 januari 2022, is het beroep van eiseres gegrond verklaard. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen een naheffingsaanslag parkeerbelastingen die aan haar was opgelegd voor het parkeren van haar voertuig op 25 april 2021 in de gemeente Nieuwegein. De rechtbank oordeelde dat de uitspraak op bezwaar onbevoegd was genomen, omdat de heffingsambtenaar, die de uitspraak had gedaan, niet correct was aangewezen volgens de geldende wetgeving. De rechtbank stelde vast dat het mandaatbesluit, dat de directeur van Coöperatie ParkeerService U.A. de bevoegdheid gaf om namens de heffingsambtenaar te beslissen, niet op de juiste wijze was bekendgemaakt. Hierdoor was de uitspraak op bezwaar niet rechtsgeldig. De rechtbank vernietigde de bestreden uitspraak en droeg verweerder op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen op het bezwaar, rekening houdend met de uitspraak van de rechtbank. Tevens werd bepaald dat verweerder het griffierecht aan eiseres moest vergoeden. De uitspraak is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.