ECLI:NL:RBMNE:2021:6524
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen maatregel van 100% bijstandsverlaging wegens onvoldoende sollicitatie-inspanning
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 31 maart 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht. De eiser, die sinds 14 november 2018 bijstand ontvangt, kreeg op 4 maart 2020 een maatregel van 100% opgelegd voor de duur van een maand, omdat hij onvoldoende had gesolliciteerd en niet had meegewerkt aan een aangeboden voorziening gericht op arbeidsinschakeling. Eiser maakte bezwaar tegen deze maatregel, maar het college verklaarde het bezwaar ongegrond op 13 augustus 2020. Hierop heeft eiser beroep ingesteld bij de rechtbank.
De rechtbank heeft de zaak behandeld op 6 januari 2021, waarbij eiser werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde. De rechtbank overwoog dat eiser onvoldoende had onderbouwd dat zijn gedragingen niet verwijtbaar waren en dat er geen dringende redenen waren om van de maatregel af te zien. Eiser voerde aan dat hij door de Covid-19 pandemie extra hard werd geraakt en dat hij niet in staat was om zijn vaste lasten te betalen door de vroegtijdige tenuitvoerlegging van de maatregel. De rechtbank oordeelde echter dat de verweerder voldoende had gemotiveerd waarom de maatregel was opgelegd en dat er geen aanleiding was om het bestreden besluit te vernietigen.
De rechtbank concludeerde dat het beroep ongegrond was en dat er geen proceskostenveroordeling zou plaatsvinden. De uitspraak werd openbaar gemaakt en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep binnen zes weken na verzending van de uitspraak.