Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Lelystad,
1.ONDERZOEK TER TERECHTZITTING
2.TENLASTELEGGING
3.VOORVRAGEN
4.WAARDERING VAN HET BEWIJS
5.BEWEZENVERKLARING
6.STRAFBAARHEID VAN DE FEITEN
7.STRAFBAARHEID VAN VERDACHTE
8.OPLEGGING VAN STRAF
9.BESLAG
- 1 STK Laptop _600563;
- Samsung J2 (AAJZ2420NL);
- 1 STK USB-stick _600566;
- 1 STK Mastercard _600558;
- 1 STK Telefoontoestel _600559;
- 1 STK Laptop _600560;
- 1 STK Telefoontoestel _600561;
- 1 STK USB-stick _600562.
- 1 STK Wapen (patroonhouder) g2637871;
- 1 STK Pistool g2637870;
- 1 STK kogelpatroon g2637872;
- 1 STK Patroon g2637873;
- 1 STK patroonhouder g2637874;
- 1 STK patroon g2637875;
- 44 STK Munitie g2637878;
- 1 STK Zak g2637880.
10.BENADEELDE PARTIJEN
- [bedrijf 11] B.V. met een vordering van € 23.180,63 bestaande uit materiële schade;
- [bloemist] B.V. met een vordering van € 5.663,49 bestaande uit materiële schade.
- [bedrijf 1] B.V. met een vordering van € 625,50 bestaande uit materiële schade;
- [bedrijf 29] B.V. ( [bedrijf 13] ) met een vordering van € 6.000,- bestaande uit materiële schade;
- [bedrijf 5] B.V. met een vordering van € 5.000,- bestaande uit materiële schade;
- [bedrijf 14] B.V. met een vordering van € 300,- bestaande uit materiële schade;
- [bedrijf 30] B.V. ( [website 10] ) met een vordering van € 2.711,25 bestaande uit materiële schade;
- [website 11] B.V. met een vordering van € 22.308,54 bestaande uit materiële schade.
- [bedrijf 18] B.V. met een vordering van € 28.949,92 bestaande uit materiële schade;
- [juwelier] B.V. met een vordering van € 959,08 bestaande uit materiële schade;
- [website 19] .nl B.V., [bedrijf 20] B.V. en [bedrijf 31] B.V. tezamen met een vordering van € 17.287,39 bestaande uit materiële schade;
- [bedrijf 21] met een vordering van € 977,50 bestaande uit materiële schade;
- [bedrijf 2] B.V. (mede namens [bedrijf 24] ) met een vordering van € 4.532,40 bestaande uit materiële schade en daarnaast een vordering tot vergoeding van de proceskosten van € 1.500,-;
- [bedrijf 25] B.V. met een vordering van € 4.210,80 bestaande uit materiële schade;
- [website 29] .com met een vordering van € 171,54 bestaande uit materiële schade;
- [bedrijf 4] B.V. met een vordering van € 17.500,- bestaande uit € 15.000,- aan materiële schade en € 2.500,- aan immateriële schade;
- [bedrijf 10] B.V. met een vordering van € 3.915,16 bestaande uit materiële schade;
- [hoster 2] B.V. met een vordering van € 15.811,34 bestaande uit € 13.311,34 aan materiële schade en € 2.500,- aan immateriële schade;
- [benadeelde 3] , met een vordering van € 101,50 bestaande uit materiële schade;
- [benadeelde 2] , met een vordering van € 80,- bestaande uit materiële schade.
- Als een bedrijf zich heeft gevoegd als benadeelde partij dan moet er een uittreksel van de Kamer van Koophandel (KvK) en/of een ondertekende machtiging als bijlage bij de vordering zitten zodat de vertegenwoordigingsbevoegdheid getoetst kan worden. Zo’n uittreksel is niet bij alle vorderingen gevoegd.
- De vraag is of de benadeelde partijen een verzekering hebben en daar misschien schade hebben geclaimd. Webshops hebben misschien een verzekering tegen cybercrime. In dat geval dient de verzekeraar zich te voegen.
- In veel gevallen ontbreekt de onderbouwing van de schade. Onduidelijk blijft of een website daadwerkelijk tijdelijk offline of alleen wat trager is geweest. Evenmin is duidelijk of dat komt door een DDoS-aanval of een andere oorzaak heeft. Verder is aan de hand van de wel gegeven onderbouwing vaak niet vast te stellen wat de gevolgen waren en hoe lang deze zich hebben gemanifesteerd.
- Veel benadeelde partijen vorderen gederfde omzet als schade. Mislopen van omzet is geen schade die voor toewijzing vatbaar is. Duidelijk moet zijn wat de inkoopprijs is geweest, welke kosten zijn gemaakt en wat dus de winstmarge is. Ook zal inzichtelijk moeten zijn wat de omzet over een langere periode is om te kunnen beoordelen of de gestelde misgelopen omzet redelijk en representatief is. Hiervoor moet een duidelijke onderbouwing zijn gegeven (bijvoorbeeld een verklaring van een accountant of boekhouder of een deugdelijke rapportage met onderbouwde stukken).
- Daarnaast is het de vraag of er überhaupt sprake is van ‘misgelopen’ omzet en winst. Het gaat veelal om webshops waar bestellingen kunnen worden geplaatst. Als een website op een bepaald moment traag of niet bereikbaar is, dan is de kans redelijk groot dat een bezoeker het later nog een keer probeert. Dan is er dus geen misgelopen winst, maar uitgestelde winst. De benadeelde partijen hebben dit niet inzichtelijk gemaakt.
- Ten aanzien van de gevorderde IT-kosten of kosten ter beveiliging ontbreekt vaak de causaliteit. Alleen kosten die zien op het afslaan van de DDoS-aanval komen voor vergoeding in aanmerking en niet de kosten ter beveiliging van een website voor de toekomst. Verder is bij een vordering van dergelijke kosten een factuur van de gemaakte kosten of een loonstrook ter onderbouwing van het uurtarief vereist.
- misgelopen omzet of winst; en/of
- interne loonkosten in verband met de (dreiging van een) DDoS-aanval; en/of
- kosten voor de inhuur van een externe partij in verband met de (dreiging van een) DDoS-aanval.
winst. Zij bestaat uit de daadwerkelijke verandering die het vermogen van de benadeelde partij door de onrechtmatige gedraging van de verdachte heeft ondergaan (vermogensvergelijking).
- Extra inzet servicedesk: € 540,-;
- Inzet externe technische partij (als bijlage is een factuur meegestuurd): € 471,25;
- Verloren uren [F] vanwege onderzoek en nazorg: € 1.700,-.
- Gemaakte loonkosten: € 12.120,-
- Misgelopen omzet door downtime: € 3.750,-
- Misgelopen omzet door blokkade Nederland: € 1.460,-
- Misgelopen omzet door blokkade Oostenrijk: € 3.534,54
- AdWords kosten € 1.438,79.
- € 20.088,28 aan gederfde inkomsten op 17 en 18 april 2020;
- € 4.388,64 aan extra gewerkte uren; en
- € 4.473,- voor de aanschaf van Cloudflare beschermingssoftware.
- € 2.971,-: verloren omzet;
- € 187,11 : kosten advertenties downtime;
- € 187,50: uren websitebeheerder;
- € 150,-: foutmelding EBD-systeem;
- € 120,-: uren [I] ;
- € 300,-: uren [J] .
11.TOEPASSELIJKE WETTELIJKE VOORSCHRIFTEN
12.BESLISSING
gevangenisstraf van 36 (zesendertig) maanden;
een gedeelte van 16 (zestien) maanden, niet zal worden ten uitvoer gelegd, tenzij de rechter later anders gelast op grond van het feit dat verdachte de hierna te melden algemene en bijzondere voorwaarden niet heeft nageleefd;
proeftijd van 3 (drie) jarenvast;
- 1 STK USB-stick _600566;
- 1 STK Mastercard _600558;
- 1 STK Telefoontoestel _600559;
- 1 STK laptop _600560;
- 1 STK Telefoontoestel _600561;
- 1 STK USB-stick _600562;
- 1 STK Wapen (patroonhouder) g2637871;
- 1 STK Pistool g2637870;
- 1 STK kogelpatroon g2637872;
- 1 STK Patroon g2637873;
- 1 STK patroonhouder g2637874;
- 1 STK patroon g2637875;
- 44 STK Munitie g2637878;
- 1 STK Zak g2637880;
- 1 STK laptop _600563;
- Samsung J2 (AAJZ2420NL);
- wijst de vordering van [bedrijf 11] B.V. toe tot een bedrag van € 655,83;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [bedrijf 11] B.V. van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 april 2020 tot de dag van volledige betaling;
- verklaart [bedrijf 11] B.V. voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [bedrijf 11] B.V. aan de Staat € 655,83 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 april 2020 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 13 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- wijst de vordering van [bloemist] B.V. toe tot een bedrag van € 656,61;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [bloemist] B.V. van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 april 2020 tot de dag van volledige betaling;
- verklaart [bloemist] B.V. voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [bloemist] B.V. aan de Staat € 656,61 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 april 2020 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 13 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- wijst de vordering van [bedrijf 1] B.V. toe tot een bedrag van € 405,-;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [bedrijf 1] B.V. van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 april 2020 tot de dag van volledige betaling;
- wijst de vordering van [bedrijf 1] B.V. voor wat betreft het meer gevorderde af;
- compenseert de proceskosten van de benadeelde partij en verdachte, in die zin dat ieder haar eigen kosten draagt;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [bedrijf 1] B.V. aan de Staat € 405,- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 april 2020 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 8 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- verklaart [bedrijf 29] B.V. niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart [bedrijf 5] B.V. niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart [bedrijf 14] B.V. niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart [bedrijf 30] B.V. niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart [website 11] B.V. niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart [bedrijf 18] B.V. niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- wijst de vordering van [juwelier] B.V. toe tot een bedrag van € 798,50;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [juwelier] B.V. van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 april 2020 tot de dag van volledige betaling;
- wijst de vordering van [juwelier] B.V. voor wat betreft het meer gevorderde af;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [juwelier] B.V. aan de Staat € 798,50 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 april 2020 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 15 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- verklaart [bedrijf 20] B.V. niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart [bedrijf 31] B.V. niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart [website 19] .nl B.V. niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- wijst de vordering van [bedrijf 21] toe tot een bedrag van € 977,50;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [bedrijf 21] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 april 2020 tot de dag van volledige betaling;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [bedrijf 21] aan de Staat € 977,50 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 april 2020 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 19 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- wijst de vordering van [bedrijf 2] B.V. toe tot een bedrag van € 532,40;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [bedrijf 2] B.V. van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 april 2020 tot de dag van volledige betaling;
- verklaart [bedrijf 2] B.V. voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [bedrijf 2] B.V. aan de Staat € 532,40 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 20 april 2020 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 10 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- verklaart [bedrijf 25] B.V. niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart [website 29] .com niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart [bedrijf 4] B.V. niet-ontvankelijk in het deel van de vordering dat ziet op de materiële schade en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- wijst de vordering van [bedrijf 4] B.V. voor wat betreft de gevorderde immateriële schade af;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- wijst de vordering van [bedrijf 10] B.V. toe tot een bedrag van € 187,50;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [bedrijf 10] B.V. van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 mei 2020 tot de dag van volledige betaling;
- verklaart [bedrijf 10] B.V. voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [bedrijf 10] B.V. aan de Staat € 187,50 te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 15 mei 2020 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 3 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- verklaart [benadeelde 5] B.V. niet-ontvankelijk in de vordering voor wat betreft de gevorderde materiële schade en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- wijst de vordering van [benadeelde 5] B.V. voor wat betreft de gevorderde immateriële schade af;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil;
- verklaart [benadeelde 3] niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil.
- verklaart [benadeelde 2] niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt de benadeelde partij in de kosten door verdachte gemaakt, tot op heden begroot op nihil.
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van verhoor van verdachte van 6 augustus 2020, genummerd 2020114545-206, opgemaakt door verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 7] van de politie Midden-Nederland, inhoudende een bekennende verklaring van verdachte, doorgenummerd pagina 836 e.v.;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 3 juni 2020, genummerd 2020114545-127, opgemaakt door verbalisanten [verbalisant 8] en [verbalisant 9] van politie Midden-Nederland, doorgenummerd pagina 903 e.v.;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal van bevindingen van 23 juli 2020, genummerd 2020114545-186, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 10] van politie Midden-Nederland, doorgenummerd pagina 777 e.v.;
- een in de wettelijke vorm opgemaakt proces-verbaal onderzoek verdovende middelen van 3 juni 2020, genummerd PL0900-2020114545-16, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 11] van politie Midden-Nederland, doorgenummerd pagina 773 e.v..