ECLI:NL:RBMNE:2021:5621
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Intrekking van wapenverlof op basis van TCI-informatie en de beoordeling van de betrouwbaarheid van informanten
In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 9 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil over de intrekking van een wapenverlof. Eiser, die in het bezit was van een wapenverlof, had tegen de intrekking van dit verlof beroep ingesteld. De politiechef van de regionale eenheid had het wapenverlof ingetrokken op basis van informatie van het Team Criminele Inlichtingen (TCI) van de Koninklijke Marechaussee, die aangaf dat er aanwijzingen waren dat eiser niet langer te vertrouwen was met betrekking tot het voorhanden hebben van wapens. Eiser had eerder een wapenverlof gekregen dat geldig was tot 30 april 2021, maar de politiechef oordeelde dat er voldoende redenen waren om aan de betrouwbaarheid van eiser te twijfelen.
De rechtbank heeft de argumenten van eiser niet gevolgd. Eiser stelde dat de intrekking van het wapenverlof niet enkel op de TCI-informatie gebaseerd mocht worden, maar de rechtbank oordeelde dat de informatie uit het TCI-proces-verbaal voldoende waarborgen biedt om als basis voor de intrekking te dienen. De rechtbank benadrukte dat er een betrouwbaarheidstoets had plaatsgevonden en dat de informatie specifiek en feitelijk was. De rechtbank concludeerde dat de intrekking van het wapenverlof rechtmatig was, omdat de veiligheid van de samenleving zwaarder weegt dan de persoonlijke belangen van eiser. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.