ECLI:NL:RBMNE:2021:555
Rechtbank Midden-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening omgevingsvergunning milieu in het kader van LAP3
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Midden-Nederland op 1 februari 2021 uitspraak gedaan op een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een omgevingsvergunning voor milieu. Eiseres, een bedrijf gevestigd in [vestigingsplaats], had op 29 mei 2017 een omgevingsvergunning verkregen voor het opslaan, overslaan, sorteren en verwerken van diverse afvalstoffen. Echter, na de inwerkingtreding van het Landelijk Afvalbeheerplan 3 (LAP3) op 28 december 2017, diende de vergunning te worden geactualiseerd. In het bestreden besluit van 3 september 2020 heeft het college van gedeputeerde staten van Utrecht de vergunning ambtshalve gewijzigd, waardoor eiseres niet langer bepaalde afvalstoffen mocht immobiliseren.
Eiseres heeft tegen dit besluit beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. Tijdens de zitting op 18 januari 2021 is het spoedeisend belang van eiseres besproken, waarbij werd gesteld dat het bestreden besluit haar bedrijfsbelangen schaadt. De voorzieningenrechter oordeelde dat er een spoedeisend belang was, maar dat de rechtmatigheid van het besluit nader onderzoek vereiste, waarvoor deze procedure zich niet leende. De voorzieningenrechter heeft geconcludeerd dat het voorkomen van schade aan natuur, milieu en volksgezondheid zwaarder weegt dan de bedrijfseconomische belangen van eiseres.
Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, met de overweging dat eiseres tijdelijk een gecertificeerd bedrijf kan inschakelen voor de immobilisatie van afvalstoffen. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.