ECLI:NL:RBMNE:2021:5534
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing bijzondere bijstand voor laptopkosten op basis van de Participatiewet
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 11 november 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad. De eiser had op 5 augustus 2020 een laptop, inktcartridges en een USB-stick aangeschaft en op 31 augustus 2020 een aanvraag ingediend voor bijzondere bijstand op grond van de Participatiewet (Pw) om deze kosten te dekken. Het college heeft de aanvraag echter afgewezen, omdat de kosten al gemaakt waren voordat de aanvraag was ingediend. De eiser voerde aan dat hij de kosten moest maken vanwege bijzondere omstandigheden, waaronder een door verweerder opgelegde bijstandsverplichting en coronamaatregelen die hem verhinderden om naar buiten te gaan.
De rechtbank overwoog dat volgens artikel 35 van de Pw bijzondere bijstand alleen kan worden verleend voor kosten die zich voordoen ten tijde van de aanvraag. Aangezien de eiser de kosten al had gemaakt voordat hij de aanvraag indiende, was er volgens de rechtbank geen recht op bijzondere bijstand. De rechtbank oordeelde dat de omstandigheden die de eiser aanvoerde niet relevant waren, omdat hij zelf over de middelen beschikte om in de kosten te voorzien. Het beroep van de eiser werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.
De uitspraak benadrukt het belang van de timing van de kosten in relatie tot de aanvraag voor bijzondere bijstand en bevestigt de strikte toepassing van de voorwaarden zoals beschreven in de Participatiewet.