8.3Het oordeel van de rechtbank
Bij het bepalen van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals ter terechtzitting is gebleken.
Ernst van het feit
Verdachte heeft zeven jaar lang kinderporno in zijn bezit gehad, aangeboden en verspreid. In totaal zijn er 1246 afbeeldingen en 36 video’s aangetroffen bij verdachte, die als kinderpornografisch zijn beoordeeld. Hiermee heeft hij een gewoonte gemaakt van voornoemde handelingen. De afbeeldingen en video’s betreffen onder meer het misbruik van zeer jonge kinderen. De inhoud van het materiaal is zeer ernstig en heftig. Het is een feit van algemene bekendheid dat de minderjarige slachtoffers van seksueel misbruik hiervan nog lange tijd lichamelijke en psychische klachten ondervinden. Met zijn handelen heeft verdachte bijgedragen aan het in stand houden van deze verwerpelijke praktijk. De rechtbank rekent verdachte dit zwaar aan. Het is mede met het oog op de bescherming van de belangen van deze groep minderjarigen dat dergelijke gedragingen als misdrijf strafbaar zijn gesteld en daar krachtig tegen wordt opgetreden.
Persoon verdachte
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit het Justitieel Documentatieregister van
2 september 2021, waaruit blijkt dat verdachte niet eerder is veroordeeld.
Over verdachte is op 27 september 2021 een Pro Justitia rapport uitgebracht door drs. A. Witvliet, GZ-psycholoog. In dat rapport staat onder meer beschreven dat er bij verdachte sprake is van een lang bestaand seksueel verlangen naar prepuberale kinderen, te classificeren als een pedoseksuele stoornis van het niet exclusieve type. Daarnaast is er bij verdachte sprake van tekorten binnen sommige functiegebieden, zoals de identiteit, het zelfbeeld, de sociale geremdheid en de angst voor kritiek en afwijzing, die classificerend beschreven kunnen worden als trekken van de vermijdende persoonlijkheidsstoornis. Van een persoonlijkheidsstoornis is vanwege zijn functioneren geen sprake, maar de problemen kunnen opgevat worden als een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. Voornoemde stoornissen speelden, in lichte mate, een rol in de gedragskeuzes en gedragingen van verdachte ten tijde van het ten laste gelegde. Verdachtes verlangen naar het bekijken van kinderpornografisch materiaal is sterk en neemt ook toe zodra de stress oploopt en hij met meer ongewenste gevoelens kampt. Door de beperkingen in enkele functiegebieden (zoals de identiteit, het zelfbeeld, de sociale geremdheid en de angst voor kritiek en afwijzing) is verdachte verminderd in staat het verlangen adequaat te reguleren, hulp te zoeken en prosociale keuzes te maken. De rechtbank wordt daarom geadviseerd verdachte het ten laste gelegde feit in licht verminderde mate toe te rekenen
.Vanuit de tekorten en kwetsbaarheden in zijn persoonlijkheid staat verdachte bij toenemende stress en oplopende verlangens zodanig onder druk, dat hij verminderd in staat is om op prosociale wijze met zijn seksuele fantasieën om te gaan. Tegelijkertijd is dit geen overheersende sturing en heeft hij vanuit zijn gewetensfuncties, intellectuele capaciteiten en een goed realiteitsbesef het vermogen zich te realiseren dat hij het ten laste gelegde niet ten uitvoer had moeten brengen.
De rechtbank zal de conclusies van voornoemde deskundige tot de hare maken. De rechtbank stelt op basis van dit rapport vast dat verdachte ten tijde van het bewezen verklaarde leed aan een pedoseksuele stoornis en een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens (tekorten binnen bepaalde levensgebieden zoals identiteit, zelfbeeld, sociale geremdheid en angst voor kritiek en afwijzing – een vermijdende persoonlijkheidsstoornis). De rechtbank zal gelet daarop verdachte als verminderd toerekeningsvatbaar beschouwen.
De rechtbank heeft verder kennisgenomen van het rapport van Reclassering Nederland van 30 september 2021, opgesteld door M. van Norde. In dat rapport staat onder meer beschreven dat verdachte zijn eigen delictgedrag lijkt af te keuren en gemotiveerd is voor hulpverlening en gedragsverandering. Het Pro Justitia onderzoek heeft geresulteerd in een diagnose, waarbij is vastgesteld dat begeleiding en behandeling helpend kunnen zijn. Enerzijds omdat verdachte vanuit de gestelde pathologie kwetsbaar is en anderzijds omdat hij jarenlang min of meer een dubbelleven heeft geleid en hij uiteindelijk terug zal moeten keren in de maatschappij waarbij hij geconfronteerd kan worden met tegenslagen. Verdachte is bereid mee te werken aan het eerder voorgestelde plan van aanpak. Het risico op recidive wordt ingeschat als laag. Bij een veroordeling adviseert de reclassering een (deels) voorwaardelijke gevangenisstraf op te leggen met de volgende bijzondere voorwaarden: meldplicht, ambulante behandeling bij De Waag, contactverbod, vermijden van kinderporno (met controle van digitale gegevensdragers tijdens een huisbezoek) en andere voorwaarden betreffende het gedrag (verkrijgen/behouden van een zinvolle dagbesteding en een stabiele financiële situatie).
De straf
Gelet op de aard en de ernst van het bewezen verklaarde, waaronder de heftige inhoud van het kinderpornografisch materiaal, de lange duur en de hoeveelheid afbeeldingen en video’s is naar het oordeel van de rechtbank een onvoorwaardelijke gevangenisstraf de enige passende straf. De rechtbank heeft bij de bepaling van de hoogte van de straf acht geslagen op de oriëntatiepunten voor straftoemeting die ontwikkeld zijn door het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). Het LOVS-oriëntatiepunt gaat voor het verspreiden en aanbieden van kinderpornografische afbeeldingen uit van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 24 maanden, hetgeen de rechtbank als uitgangspunt neemt.
Gelet op al wat hiervoor is overwogen acht de rechtbank een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, met aftrek van het voorarrest, passend en geboden. In de verminderde toerekenbaarheid van het feit aan de verdachte ziet de rechtbank aanleiding om een deel van voornoemde straf voorwaardelijk op te leggen, waarbij de rechtbank het voorwaardelijke deel van de straf zal bepalen op acht maanden, met een proeftijd van drie jaren. Om herhaling te voorkomen en gezien het belang dat verdachte zijn behandeling voortzet zal de rechtbank aan het voorwaardelijk strafdeel de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden koppelen.
Vermijden kinderporno
Voor wat betreft het vermijden van kinderporno overweegt de rechtbank het volgende.
De reclassering heeft de rechtbank geadviseerd om te bepalen dat het toezicht op deze
bijzondere voorwaarde onder andere kan bestaan uit controles van computers en andere
apparatuur en dat verdachte meewerkt aan controle van digitale gegevensdragers tijdens een
huisbezoek. De rechtbank overweegt dat de controle van geautomatiseerde werken en
digitale gegevensdragers in potentie een grote inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de
gebruiker daarvan betekent. Onder meer het arrest van de Hoge Raad van 7 juli 2020
geven. De rechtbank zal daarom aan deze voorwaarde beperkingen verbinden voor wat betreft de maximale hoeveelheid en de frequentie van controles van geautomatiseerde werken en elektronische/digitale gegevensdragers, welke personen de bevoegdheid toekomt kennis te nemen van de inhoud van de geautomatiseerde werken en elektronische/digitale
gegevensdragers en welke verplichtingen daarbij op verdachte rusten.
Verdachte dient mee te werken aan controles van geautomatiseerde werken en
elektronische/digitale gegevensdragers tijdens een huisbezoek. Deze medewerking bestaat
mede uit het op verzoek van de reclasseringsmedewerker ter beschikking stellen dan wel
overhandigen van al zijn geautomatiseerde werken en elektronische/digitale gegevensdragers
en het toegang verlenen tot die geautomatiseerde werken en elektronische/digitale
gegevensdragers (bijvoorbeeld door het geven van de benodigde wachtwoorden) aan de
reclassering of aan de hierna te noemen, door de Reclassering uit te nodigen, persoon. Deze
controles mogen gedurende de proeftijd maximaal drie keer per jaar worden uitgevoerd. Voor wat betreft de persoon die kennis mag nemen van de inhoud van de geautomatiseerde
werken en elektronische/digitale gegevensdragers merkt de rechtbank het volgende op. De rechtbank is ambtshalve bekend met het feit dat gebruikers van geautomatiseerde werken en
elektronische/digitale gegevensdragers op diverse manieren hun digitale sporen kunnen maskeren of verbergen. Om die reden acht de rechtbank het van belang dat de controle op de
inhoud van de geautomatiseerde werken en elektronische/digitale gegevensdragers
plaatsvindt door een persoon die beschikt over kennis en ervaring op dit punt. De rechtbank
zal daarom bepalen dat dit onderzoek mede mag gebeuren door een medewerker van de
digitale recherche van het TBKK (kinderpornoteam).
Tenuitvoerlegging
De tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de veroordeelde in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 van de Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 van het Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.