In deze zaak heeft de rechtbank Midden-Nederland op 26 augustus 2021 uitspraak gedaan in het beroep van eiseres tegen de beslissing van de heffingsambtenaar van de gemeente Woerden. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen een naheffingsaanslag parkeerbelastingen die was opgelegd voor het parkeren van haar voertuig op 27 juni 2020. De rechtbank heeft vastgesteld dat de uitspraak op bezwaar onbevoegd is genomen, omdat de heffingsambtenaar niet correct was aangewezen. De rechtbank oordeelt dat het mandaatbesluit, dat de bevoegdheid tot het nemen van beslissingen op bezwaarschriften verleent, niet op de juiste wijze bekend is gemaakt en daardoor niet in werking is getreden. Dit leidt tot de conclusie dat de uitspraak op bezwaar niet rechtsgeldig is. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden uitspraak op bezwaar. De heffingsambtenaar wordt opgedragen om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen, rekening houdend met de uitspraak van de rechtbank. Tevens moet de heffingsambtenaar het griffierecht aan eiseres vergoeden.