ECLI:NL:RBMNE:2021:1969
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van re-integratie-inspanningen door een uitzendorganisatie in het kader van de Wet WIA
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 10 mei 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen Adecco Personeelsdiensten B.V. en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv). De zaak betreft de re-integratie-inspanningen van Adecco, een uitzendorganisatie, voor een werknemer die zich op 21 juli 2017 ziek meldde. Het Uwv had eerder besloten dat Adecco het loon van de werknemer moest doorbetalen tot 17 juli 2020, omdat zij onvoldoende had gedaan om de werknemer te re-integreren. Adecco heeft hiertegen beroep ingesteld.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen bevredigend resultaat is bereikt, aangezien de werknemer niet in structurele passende arbeid heeft hervat. De kern van het geschil is of Adecco als uitzendorganisatie ook re-integratieactiviteiten moet verrichten bij haar inleners. Het Uwv stelt dat Adecco binnen spoor 1 niet alleen re-integratieactiviteiten binnen haar eigen organisatie had moeten verrichten, maar ook bij de inlener en andere inleners. Adecco betwist dit en stelt dat activiteiten buiten de eigen organisatie onder spoor 2 vallen.
De rechtbank oordeelt dat van een uitzendorganisatie mag worden verwacht dat zij in het kader van spoor 1 onderzoek doet naar mogelijke passende functies voor een zieke werknemer bij haar inleners. De rechtbank concludeert dat Adecco onvoldoende re-integratie-inspanningen heeft verricht, omdat zij alleen binnen haar eigen organisatie heeft gekeken naar passende functies en niet bij de inleners. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en handhaaft de loonsanctie.