ECLI:NL:RBMNE:2021:1773
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Legesheffing bij aanvraag omgevingsvergunning en de rechtsgeldigheid van eerdere legesbetalingen
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 21 april 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en de heffingsambtenaar van de Gemeente De Ronde Venen over de leges die zijn geheven voor een aanvraag om een omgevingsvergunning. Eiser had op 30 augustus 2018 een omgevingsvergunning aangevraagd, maar kreeg op 5 februari 2019 te horen dat hij leges moest betalen voor de behandeling van deze aanvraag. De hoogte van de leges bedroeg € 14.925,50. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar dit bezwaar werd ongegrond verklaard. Hierop heeft eiser beroep ingesteld bij de rechtbank.
Tijdens de zitting op 10 maart 2021 heeft eiser aangevoerd dat hij geen leges hoeft te betalen, omdat er in 2001 al leges zijn betaald voor een eerdere vergunning. Eiser stelde dat het onterecht zou zijn om nu opnieuw leges te heffen voor dezelfde situatie. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiser niet voldoende heeft aangetoond dat hij voor hetzelfde bouwplan al eerder leges heeft betaald. De rechtbank heeft vastgesteld dat de legesheffing in overeenstemming was met de Legesverordening 2018 van de gemeente De Ronde Venen.
De rechtbank heeft verder overwogen dat de door verweerder gehanteerde bouwkosten van € 400.000,- redelijk waren en dat eiser geen bewijs heeft geleverd dat de werkelijke bouwkosten lager zijn. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.