ECLI:NL:RBMNE:2020:5257
Rechtbank Midden-Nederland
- Verzet
- Rechtspraak.nl
Verzet tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroep wegens ontbrekende machtiging
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 2 december 2020 uitspraak gedaan op het verzet van de opposant tegen een eerdere uitspraak van 25 juni 2020. De opposant had bezwaar gemaakt tegen de vastgestelde waarde van een perceel, maar zijn beroep werd niet-ontvankelijk verklaard wegens het ontbreken van een toereikende machtiging van de eigenaar. De opposant voerde aan dat een machtiging geen formeel vereiste is en dat hij deze alsnog had ingediend. De rechtbank oordeelde echter dat het aan de bestuursrechter is om te bepalen of een machtiging nodig is en dat de verwijzing naar andere procedures niet relevant was. De rechtbank concludeerde dat de opposant geen geldige reden had gegeven voor het niet tijdig indienen van de machtiging en dat de uitnodiging voor de zitting geen invloed had op de ontvankelijkheid van het beroep. Het verzet werd ongegrond verklaard en de eerdere uitspraak bleef in stand. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.