ECLI:NL:RBMNE:2020:5024
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Omzettingsvergunning voor onzelfstandige wooneenheden gemeente Nijmegen
In deze zaak heeft de Rechtbank Midden-Nederland op 10 november 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen eisers en het college van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Nijmegen. De zaak betreft de weigering van verweerder om een omzettingsvergunning te verlenen voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in vier onzelfstandige wooneenheden. Het primaire besluit van 28 februari 2019 werd door verweerder genomen, maar na bezwaar van derde-partij werd dit besluit herroepen en werd alsnog de vergunning verleend. Eisers hebben hiertegen beroep ingesteld.
De rechtbank Gelderland had eerder in soortgelijke zaken geoordeeld dat artikel 12 van de Huisvestingsverordening Nijmegen onverbindend was verklaard wegens strijd met de Huisvestingswet 2014. De rechtbank Midden-Nederland volgde dit oordeel en oordeelde dat de gemeenteraad niet had aangetoond dat er sprake was van schaarste aan (goedkope) woonruimte in Nijmegen. Hierdoor kon artikel 12 niet aan het bestreden besluit ten grondslag worden gelegd.
De rechtbank verklaarde het beroep gegrond, vernietigde het bestreden besluit en droeg verweerder op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van derde-partij, met inachtneming van deze uitspraak. Tevens werden de proceskosten van eisers vergoed en het door hen betaalde griffierecht terugbetaald. De uitspraak werd openbaar gemaakt en partijen werden geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.