12.BESLISSING
- verklaart het ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor in rubriek 5 is vermeld;
- verklaart het meer of anders ten laste gelegde niet bewezen en spreekt verdachte daarvan vrij;
- verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en kwalificeert dit zoals hiervoor in rubriek 6 is vermeld;
- verklaart verdachte strafbaar;
- veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvan
16 maanden;
- bepaalt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
- gelast de teruggave aan verdachte van de volgende voorwerpen:
1 Iphone, merk Apple, type Iphone X;
- wijst de vordering van
[slachtoffer]toe tot een bedrag van
€ 1.000,--;
- veroordeelt verdachte tot betaling aan [slachtoffer] van het toegewezen bedrag, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 september 2018 tot de dag van volledige betaling;
- verklaart [slachtoffer] voor wat betreft het meer gevorderde niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat de vordering voor dat deel kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
- veroordeelt verdachte ook in de kosten door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt verdachte de verplichting op ten behoeve van [slachtoffer] aan de Staat € 1.000,-- te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 september 2018 tot de dag van volledige betaling, bij niet betaling aan te vullen met 20 dagen gijzeling;
- bepaalt dat verdachte van zijn verplichting tot het vergoeden van schade is bevrijd als hij op een van de hiervoor beschreven manieren de schade aan de benadeelde dan wel aan de Staat heeft vergoed;
- heft op het bevel tot schorsing van de voorlopige hechtenis, zodat de voorlopige hechtenis weer herleeft.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.L.M. van Opstal, voorzitter, mrs. E.W.A. Vonk en H.F. Koenis, rechters, in tegenwoordigheid van J.J. Veldhuizen, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 10 november 2020
Bijlage I: de tenlastelegging
Aan verdachte wordt ten laste gelegd dat:
hij in of omstreeks 04 september 2018 te IJsselstein en/of Houten,
althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of
een andere feitelijkheid, immers is/zijn en/of heeft/hebben hij
verdachte en/of zijn mededader(s)
- [slachtoffer] bij de instelling waar zij begeleid woonde/verbleef opgehaald
- ( vervolgens) [slachtoffer] naar [getuige 1] , zijnde een vriendin van de [slachtoffer]
gereden om die [getuige 1] /die vriendin op te halen en/of
- nadat die [getuige 1] had geweigerd om mee te gaan, en/of
die [slachtoffer] had gezegd “Ik wil gewoon naar huis” en/of
“Ik wil teruggebracht worden naar [woonplaats] ’, althans woorden van gelijke aard of strekking en/of vervolgens die [slachtoffer] medegedeeld/geantwoord: “Ja wij rijden je terug naar [woonplaats] ” en/of vervolgens naar een parkeerplaats en/of een bedrijventerrein, althans naar elders, gereden en/of
- tegen die [slachtoffer] gezegd: "zij/je vriendin is er nu niet bij, het is dan
wel netjes dat jij seks met hem hebt", althans woorden van gelijke aard
of strekking en/of
- ( vervolgens) die auto op een industrieterrein geparkeerd en/of
- ( vervolgens) bij die [slachtoffer] achterin de auto gaan zitten en/of
- ( vervolgens) die [slachtoffer] (ruw) over en onder de kleding aan haar
borsten en/of billen aangeraakt en/of
- terwijl die [slachtoffer] zei dat ze dat niet wilde nogmaals op en onder de
kleding aan borsten en billen aangeraakt en/of
- ( vervolgens) met die [slachtoffer] en/of zijn mededader(s) de auto
- ( vervolgens) die [slachtoffer] met haar gezicht in de richting van die auto
tegen de auto laten staan en/of
- ( vervolgens) achter/tegen die [slachtoffer] gaan staan,
- ( vervolgens) die [slachtoffer] (voorover) gebogen liet staan/moest gaan
staan, [slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van een of meer
handelingen die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel
binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] ,
te weten
- het vingeren van/in de vagina van die [slachtoffer] en/of
- het penetreren met zijn penis in de vagina van die [slachtoffer] ;
( art 242 Wetboek van Strafrecht, art 248 lid 1 Wetboek van Strafrecht )
Bijlage II: de bewijsmiddelen
De verklaring van aangeefster [slachtoffer] voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
Datum verhoor: 2 oktober 2018
O = opmerking verbalisant
V = vraag
A = antwoord
V: Tegen wie wil jij aangifte doen?
A: Tegen [bijnaam] en tegen zijn vrienden.(…)
V: Waar is het gebeurd waarvan jij aangifte wilt doen?
A: Eerste twee keer in Houten in de auto en de laatste keer in het hotel in Amsterdam.
V: In de intake heb je ook verteld dat je in een hotel in Bunnik bent geweest.
A: (…) daarvoor had ik nog seks met een vriend van [bijnaam] . Dat was in Houten. Dat was de eerste avond dat ik [bijnaam] zag. (…) Ik denk ongeveer een maand geleden. (…)
V: [slachtoffer] , ik heb begrepen dat jij woonachtig bent bij [stichting] (…)
A: (…) Ik mocht van mijn ouders niet meer thuis wonen. Ik ging een traject in waarbij ik moest leren om niet afhankelijk van iemand te zijn. (…) Ik bleef eerst nog een tijdje thuis wonen. Toen dat escaleerde ben ik naar [B] gegaan wat een onderdeel is van [stichting] . (…) Ik heb daar nu mijn eigen plek. Ik heb begeleiding.
Ik sprak met [bijnaam] af op een dinsdag. (…) Toen ik daarna weer thuiskwam bij [B] , kwam [bijnaam] mij ’s avonds om 21.00 uur ophalen. Hij was met een auto van een vriend. (…) Die vriend bestuurde de auto. (…) We gingen naar IJsselstein om een vriendin van mij op te halen. Toen wij daar waren wilde deze vriendin niet meer mee. Zij heet [getuige 1] . We zouden met zijn vieren gaan chillen. Ik wilde niet alleen met twee jongens afspreken. Voordat [bijnaam] mij ophaalde hadden we dat afgesproken. (…) Toen we in IJsselstein waren wilde [getuige 1] niet meer mee. We zijn toen teruggereden naar Houten. We zijn naar een industrieterrein gereden. (…) We gingen met zijn drieën chillen. Maar dat werd het dus niet. (…) Voordat [bijnaam] kwam hadden we het samen over de telefoon erover gehad dat we seks zouden hebben. Ik zou dat niet erg vinden om seks te hebben met [bijnaam] . (…) Omdat [getuige 1] niet meeging werd er gezegd dat ik nu ook seks met die vriend moest hebben. Ik kreeg de indruk dat zij van te voren hadden afgesproken dat ze seks met mij zouden hebben omdat [getuige 1] er niet bij was. Ook omdat [bijnaam] tijdens het plassen wel 20 minuten weg bleef.
V: Hoe zei [bijnaam] dat tegen jou?
A: (…) Hij zei: “zij is er nu niet bij, het is dan wel netjes dat jij seks met hem hebt.” Ook omdat hij dat hele eind had gereden. (…) [bijnaam] ging plassen. Hij liep verder weg, ik had geen zicht meer op hem. Ik werd bang. Ik vond het raar en voelde me ongemakkelijk. Ik zat achter in de auto. De bestuurder ging toen ook achterin zitten. Hij ging aan mijn borsten en billen zitten. Ik wilde dit niet maar hij ging maar door. (…)
V: Op welke manier zat hij aan je borsten en billen?
A: Best wel ruw. Eerst boven mijn kleding en later ging hij ook in mijn kleding zitten. (…)
Ik zei tegen hem dat ik dit niet wilde. Ik ging afstandelijk zitten met mijn rug naar hem toe. Ik zei een paar keer dat ik dit niet wilde. Ik werd een beetje wazig in mijn hoofd en weet niet meer wat hij toen zei. Hij ging maar door en ik dacht ik wil naar huis. Ik heb toen seks met hem gehad. We gingen uit de auto, ik ging met mijn gezicht naar de auto staan. Hij ging mij eerst vingeren. Daarna hebben we seks gehad.(…)
V: Wat bedoel je met vingeren?
A: Hij stak zijn vinger in mijn vagina.
V: Toen heb je seks gehad. Wat bedoel je daarmee?
A: Zijn piemel met condoom in mijn vagina gedaan. Ik stond gebogen en hij stond achter mij. Hij ging via de achterkant mijn vagina in met zijn piemel. (…)
V: Wat gebeurde er toen?
A: Hij riep [bijnaam] . [bijnaam] kwam terug. (…) [bijnaam] vroeg mij of ik nog seks met hem wilde. Ik zei ja. We hebben geen seks gehad. Het lukte niet. Ik was echt verliefd op [bijnaam] .
De verklaring van getuige [getuige 1] voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
Bij aanvang van het verhoor deelden wij aan de getuige het volgende mee: Wij willen jou horen over 4 september 2018. (…)
Via Snapchat vroeg [slachtoffer] of we zouden gaan chillen. (…) Met [slachtoffer] sprak ik een tijdstip af in de avond. Ik had geen vervoer en zij gaf aan dat ze met twee jongens zou komen. Op het tijdstip dat we hadden afgesproken ben ik naar de afgesproken plek gelopen. (…) [slachtoffer] kwam dar met de auto aan. De auto met die twee jongens bleef om de hoek staan. [slachtoffer] kwam naar mij toegelopen. Zij vroeg aan mij: “Ga je mee?”. Ik had er geen goed gevoel bij en ben niet met haar meegegaan. (…) [slachtoffer] is teruggegaan naar de auto en kwam daarna teruggelopen naar mij. [slachtoffer] zei tegen mij hij is wel boos.
V: Toen jij zei ik ga niet mee. Wat zei [slachtoffer] toen?
A: Waarom niet vroeg [slachtoffer] . Ik vertrouwde het niet en vond het geen fijne situatie. [slachtoffer] liep terug naar de auto en kwam daarna weer teruggelopen naar mij. Ze zei toen: “Hij is echt heel boos.”
V: Je was bang en wilde niet mee. Wat gebeurde er toen?
A: [slachtoffer] raakte een beetje in paniek en wist niet wat ze moest doen. Ze vroeg nog een keer aan mij: “Ga je echt niet mee.”
Met haar eigen vriend wilde ze seks hebben maar niet met de vriend van haar vriend.
De bevindingen met betrekking tot het onderzoek aan de mobiele telefoon van [verdachte] voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
Op 1 mei werd de verdachte [verdachte] (…) buiten heterdaad aangehouden. Bij de insluitingsfouillering werd de Apple iPhone X van verdachte [verdachte] aangetroffen en in beslag genomen. (…) Ik, verbalisant [verbalisant 1] , heb onderzoek verricht aan de veiliggestelde gegevens van de Iphone van [verdachte] .
Ik heb via het zoekvenster in het browserscherm van de applicatie Cellebrite Reader gezocht op chatgesprekken die plaats zouden hebben gehad op 4 september 2018. Ik zag in de veiliggestelde gegevens van de telefoon van [verdachte] , dat op 4 september 2018 een chatgesprek werd gevoerd tussen [telefoonnummer] @s.whatsapp.net te relateren aan [verdachte] en [telefoonnummer] @s.whatsapp.net te relateren aan [medeverdachte 1] . Ik zag dat dit volledige chatgesprek tussen [verdachte] en [medeverdachte 1] was gewist. Ik zag dit omdat deze chat gemarkeerd was met een rood kruisje in de applicatie Cellebrite Reader.
De betreffende chat wordt in de onderstaande tabel gedeeltelijk weergegeven:
Bericht van
Inhoud
Datum/Tijd
[telefoonnummer]
hahaha weetje wie me snapt
4-9-2018; 19:06:12
[telefoonnummer]
Die kehb van Utrecht met waar ben je
4-9-2018; 19:06:19
[telefoonnummer]
Hoe moet ik vragen
4-9-2018; 20:13:00
[telefoonnummer]
Kom neuken
4-9-2018; 20:13:04
[telefoonnummer]
Ze fixt andere vriendin
4-9-2018; 20:15:25
[telefoonnummer]
Willen ze zeker ja of nee
4-9-2018; 20:20:58
[telefoonnummer]
En neuken?
4-9-2018; 20:21:04
[telefoonnummer]
Der vriendin wilt ook neueken
4-9-2018; 20:22:34
[telefoonnummer]
Maar is niet zeker
4-9-2018; 20:22:40
[telefoonnummer]
Wat is nie seker der vriendin of zij
4-9-2018; 20:22:55
[telefoonnummer]
Moo je moet me nu zeggen
4-9-2018; 20:22:55
[telefoonnummer]
Ze zegt ik moet condoom halen
4-9-2018; 20:23:02
[telefoonnummer]
Laat der adres sturen
4-9-2018; 20:23:10
[telefoonnummer]
Zeg der me mattie gaat auto regelen van hem is in garage en dan komen we
4-9-2018; 20:23:36
[telefoonnummer]
( [coördinaten] )
4-9-2018; 20:2912
Ik zag dat bij bericht (…) 20:29:12 uur, de coördinaten [coördinaten] werden weergegeven. (…) Ik heb de coördinaten ingevoerd op de website van Google maps. Ik zag dat deze coördinaten middels een rode stip een locatie in [woonplaats] weergaven, namelijk de straat [straat] te [woonplaats] . Op het adres [adres] (…) te [woonplaats] , is de afdeling [B] gevestigd van de Stichting [stichting] , waar [slachtoffer] op dat moment woonde.
Ik zag dat op 4 september 2018 het hierboven weergegeven chatgesprek verder werd vervolgd. De betreffende berichten werd in onderstaande tabel weergegeven:
Bericht van
Inhoud
Datum/Tijd
[telefoonnummer]
En zeg der we zijn daar kwart over negen
4-9-2018; 20:24:40
[telefoonnummer]
Ga jij maar eerst worst je blij van
4-9-2018; 22:25:11
[telefoonnummer]
Hoe gaan we der nat maken of is ze al
4-9-2018; 22:25:39
[telefoonnummer]
Spuug komt goed
4-9-2018; 22:25:51
[telefoonnummer]
Moet ik der niet vongeren achter
4-9-2018; 22:25:53
[telefoonnummer]
vingeren
4-9-2018; 22:25:57
[telefoonnummer]
Ga ik zeggen moet ik naast je zitten
4-9-2018; 22:26:16
[telefoonnummer]
[naam]
4-9-2018; 22:35:37
[telefoonnummer]
Wacht je buiten
4-9-2018; 22:35:37
Ik zag dat het gesprek tussen [verdachte] en [medeverdachte 1] , van 4 september 2018, vervolgde op 5 september 2018.
Bericht van
Inhoud
Datum/Tijd
[telefoonnummer]
Jaa heb je gebalt?
5-9-2018; 08:42:38
[telefoonnummer]
En ze zei ik bal beter dan jou
5-9-2018; 08:42:59
De bevindingen met betrekking tot de inbeslaggenomen Iphone 6 van aangeefster [slachtoffer] voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
In dit proces-verbaal worden een viertal gespreksopnames letterlijk en woordelijk uitgewerkt tussen de aangeefster [slachtoffer] , door haar opgenomen op haar Iphone 6, met de verdachte [medeverdachte 1] . (…) In de gesprekken noemt de vrouw de man “ [bijnaam] ” en de man noemt de vrouw “ [slachtoffer] ”. (…) De eerste verwerkte opname is opgenomen op woensdag 12 september 2018 om 16:03:43 uur (…)
Vrouw is [slachtoffer] , aangeduid met H.
Man is [bijnaam] , aangeduid met S.
(…)
[slachtoffer] : Wat ben ik, wat zei je net dat ik was? Hoer. Denk je dat ik een hoer ben ofzo?
[bijnaam] : Dat ben je toch ook!
[slachtoffer] : Waarom ben ik dat dan? Zeg dan?
[bijnaam] : Omdat je twee jongens lekker neukt in de auto, daarom
[slachtoffer] : Oh lekker ja, dat was ook niet echt mijn bedoeling of zo hoor
De verklaring van verdachte [medeverdachte 1] voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
V: [slachtoffer] heeft verklaard dat zij jou via snapchat heeft leren kennen en dat zij werd toegevoegd aan het account [account] . Zij noemde jou [bijnaam] . Wat kan jij hierover verklaren?
A: Daarvoor had ik nog een andere naam ik vond [bijnaam] geen leuke naam. Vrienden en familie noemden mij gewoon [medeverdachte 1] (…).
A: De eerste keer dat ik [slachtoffer] ontmoette zei ik dat ik geen auto had. Ik zei dat ik met een vriend zou komen om haar te neuken. (…) Er zou ook een andere vriendin van [slachtoffer] komen, [getuige 1] , maar die kwam niet. Wij kwamen op een industrieterrein en daar hebben mijn vriend en ik met [slachtoffer] geneukt. Het was de eerste ontmoeting die ik met [slachtoffer] had.
V: Met welk vervoermiddel was je daar op 4 september?
A: Ik was daar gekomen met een vriend met een auto.
A: (…) [slachtoffer] stuurde een locatie door waar zij woonde. Ik zag dat het een jeugdzorginstelling was.
V: Hoe wist je wat voor instelling het was waar [slachtoffer] woonde?
A: Ik was met een vriend. Hij had het adres ingetikt op Google en toen wij onderweg waren merkte hij op dat het een soort instelling was.
De verklaring van verdachte [getuige 2] voor zover hier van belang en zakelijk weergegeven inhoudende:
Welk moment ontmoette u haar?
Bij haar thuis bij de instelling.
(…)
Bij de vriendin aangekomen, wat gebeurde er?
Ze stapte uit om haar vriendin te halen. Die vriendin ging niet mee
(…)
We gingen naar een plek om te chillen. Ik had seks met haar (…). (…) [medeverdachte 1] is op enig moment uitgestapt. (…) Toen was er seks.
Waar was [medeverdachte 1] toen?
Die was weg, hij ging plassen zei hij. (…) (…) buiten de auto seks.
Wat had u gehoord van [medeverdachte 1] wat jullie gingen doen?
Dat we gingen chillen en seks hebben, dat had [medeverdachte 1] geregeld. (…) Hij zei dat [slachtoffer] een vriendin mee zou nemen. Ik had toen een auto en hij niet.(…) Zij zou een vriendin meenemen, daar zou ik seks mee hebben.(…)
Ik houd u voor dat [medeverdachte 1] heeft verklaard dat jullie haar gingen ophalen, zij een locatie stuurde en het zichtbaar was dat het een instelling was waar jullie naartoe moesten.
Toen we het adres op internet intoetsten zagen we dat het adres van een instelling was.
Ik heb buiten de auto seks gehad met [slachtoffer] . Ik neukte haar doggystyle tegen de auto aan. Ik heb haar ook gevingerd. Vanuit de auto heb ik [medeverdachte 1] geappt dat hij buiten moest wachten. Het was vooraf de bedoeling dat er ook een vriendin van [slachtoffer] mee zou gaan. We zijn naar IJsselstein gereden, maar die vriendin wilde toen niet met ons mee. Het was de bedoeling dat er uiteindelijk seks zou plaatsvinden. Het stond vooraf niet vast met wie van de meisjes ik seks zou hebben.