Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
2 [gedaagde sub 2] ,
3 [gedaagde sub 3] ,
1.De procedure
- het verzoekschrift van [eiser] ;
- het verweerschrift van [achternaam van gedaagde sub 2 en gedaagde sub 3] , tevens een (voorwaardelijk) verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst.
2.Het geschil en de beoordeling
" [handelsnaam] "te [vestigingsplaats 2] . Beide restaurants zijn per 3 december 2019 ingebracht in een vennootschap onder firma [gedaagde sub 1] v.o.f., waarvan de heer en mevrouw [achternaam van gedaagde sub 2 en gedaagde sub 3] beiden vennoot zijn.
Bedrijf:[handelsnaam]
Woonplaats:[woonplaats 3]
Naam:[eiser]
Er is volgens 22 lid 1 van de Horeca-cao een pensioenregeling welke wordt uitgevoerd door de Stichting Pensioenfonds Horeca & Catering (PH & C). Voor zover de werknemer onder die regeling valt, zal hij worden aangemeld bij de PH & C.
Indien de werkgever vrijstelling heeft van verplichte deelneming aan de regelingen van het PH & C zal de werknemer deelnemen aan het pensioenfonds dat bij de werkgever geldt. De werkgever zal in dat geval aan de werknemer een afschrift van het pensioenreglement verstrekken.
".
"(concept) arbeidsovereenkomst"vermeldt kan slechts worden afgeleid dat het wat de IND betreft niet per se vereist is dat een definitieve arbeidsovereenkomst wordt overgelegd, maar dat de IND ook genoegen neemt met overlegging van een conceptarbeidsovereenkomst. Dit is ook wel begrijpelijk, omdat het lastig kan zijn een uitgewerkte arbeidsovereenkomst te sluiten met een werknemer die nog in het buitenland zit. Het gaat er hier echter om of [eiser] uit dit geschrift en uit de overige communicatie tussen partijen (die soms via zijn zus [A] of zijn zwager [C] verliep) heeft mogen afleiden dat [achternaam van gedaagde sub 2 en gedaagde sub 3] zonder voorbehoud een arbeidsovereenkomst met de daarin vermelde arbeidsvoorwaarden met hem wilde aangaan. Dat is hier naar het oordeel van de kantonrechter inderdaad het geval. Dit geschrift bevat immers alle essentiële onderdelen die noodzakelijk zijn om het bestaan van de arbeidsovereenkomst aan te nemen, zoals de ingangsdatum, de duur van de overeenkomst, die toepasselijkheid en duur van de proeftijd, de toepasselijkheid van een cao, de functie, de hoogte van het salaris en de toepasselijkheid van een pensioenregeling. [eiser] heeft dit geschrift niet ondertekend (hij zat immers in China), maar heeft met al deze arbeidsvoorwaarden kennelijk ingestemd: deze overeenkomst was immers als bijlage gevoegd bij de aanvraag die namens hem is gedaan, en nadat die aanvraag was toegekend is hij vervolgens naar Nederland gekomen en heeft hij zich (door middel van de in 2.1 slot vermelde WeChatconversatie) bij [achternaam van gedaagde sub 2 en gedaagde sub 3] gemeld om zijn werkzaamheden te gaan verrichten. Als [achternaam van gedaagde sub 2 en gedaagde sub 3] de mogelijkheid had willen openlaten om na de komst van [eiser] te mogen beslissen dat zij toch niet met hem in zee wilde gaan, had zij hiervoor uitdrukkelijk een voorbehoud moeten maken, maar dat heeft zij niet gedaan. [eiser] zou dan de afweging hebben kunnen maken of hij wel of niet het risico wilde nemen om voor niets (helemaal) vanuit China naar Nederland te komen. Dat slechts sprake zou zijn van een vrijblijvende afspraak tussen partijen verdraagt zich trouwens ook niet met het feit dat [achternaam van gedaagde sub 2 en gedaagde sub 3] zelf de aanvraag heeft gedaan, dat die aanvraag specifiek gericht was op indienstneming van [eiser] , en dat zij tegen de aanvankelijke weigering vervolgens een bezwaarschrift heeft ingediend.
"MODEL ARBEIDSOVEREENKOMST"draagt, maar dit maakt deze conclusie niet anders, en kan zeker niet als een voorbehoud worden uitgelegd. Het is immers bepaald niet ongebruikelijk dat partijen een arbeidsovereenkomst sluiten en die schriftelijk vastleggen door daarvoor een model uit de cao of een andere bron te gebruiken.
"Meldingsformulier voor arbeidsgerelateerde verblijfsdoelen"heeft meegedeeld dat zij geen contact met [eiser] kon krijgen, dat zij niet wist waar hij was en dat zij heeft aangekruist
"⊠ De vreemdeling komt niet meer naar Nederland"maakt gezien het voorgaande niet uit. De kantonrechter merkt hierbij nog op dat dit formulier als ingangsdatum van de wijziging en als datum van ondertekening 20 januari 2020 vermeldt, maar dat het formulier blijkens de bevestigingsbrief van de IND eerst op 10 maart 2020 door de IND is ontvangen. De kantonrechter leidt daaruit af dat het formulier pas begin maart 2020 is verzonden. Toen was echter al ruim bij [achternaam van gedaagde sub 2 en gedaagde sub 3] bekend dat [eiser] al enige tijd wél in Nederland was en liep de discussie al of [eiser] wel of niet met zijn werkzaamheden zou kunnen beginnen.
- vastrecht € 83
- salaris gemachtigde
- totaal € 683.