Uitspraak
1.De procedure
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord
- de conclusie van repliek van Eureco-Pharma
- de conclusie van dupliek van Zilveren Kruis.
2.Waar gaat dit kort geding over?
3.De beoordeling
Onverenigbaar met de interne markt en verboden zijn alle overeenkomsten tussen ondernemingen(…)
en alle onderling afgestemde feitelijke gedragingen welke de handel tussen lidstaten ongunstig kunnen beïnvloeden en ertoe strekken of ten gevolge hebben dat de mededinging binnen de interne markt wordt verhinderd, beperkt of vervalst en met name die welke bestaan in:
Verboden zijn overeenkomsten tussen ondernemingen(…)
en onderling afgestemde feitelijke gedragingen van ondernemingen, die ertoe strekken of ten gevolge hebben dat de mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan wordt verhinderd, beperkt of vervalst.”
tegenprestatie” is voor de restitutie die volgt uit de overeenkomst met Janssen-Cilag. Eureco-Pharma stelt in dat kader onder meer dat de gezamenlijke inkoop in feite neerkomt op “
manipulatie van de markt door middel van restituties en afslagen die erop is gericht (a) het aanbod van Imbruvica (Ibrutinib) in Nederland te kanaliseren naar Janssen-Cilag Nederland B.V. en concurrerend aanbod (tegen een lagere prijs) van paralleldistributeurs te beperken of geheel van de markt uit te sluiten en (b) de geneesmiddelenprijs voor Imbruvica (Ibrutinib) hoog te houden in Nederland en in lidstaten voor wie Nederland een referentieland bij de vaststelling van nationale maximumprijzen.”
weleen afslag wordt toegepast en in welke mate (welk percentage). Een dergelijke afspraak zou ook alleen zinnig zijn als tussen betrokkenen enige overeenstemming zou bestaan over de omvang van de toe te passen afslag ten opzichte van andere leveranciers. Eureco-Pharma suggereert wel dat een dergelijke overeenstemming bestaat, maar zij maakt dit niet aannemelijk. Overigens voert Eureco-Pharma elders aan dat andere zorgverzekeraars die ook bij het inkoopverband zijn betrokken lagere afslagen hanteren, wat op zichzelf al een contra-indicatie is van een afspraak met Janssen-Cilag over het afslagenbeleid. De voorzieningenrechter kan uit de stellingen en stukken niet anders afleiden dan dat Zilveren Kruis de afslag op Imbruvica vaststelt met het doel om feitelijk altijd de laagste prijs te betalen. Die ruimte moet een concurrerende onderneming worden gegund. Het betoog van Eureco-Pharma gaat om deze redenen niet op.
een vorm van coördinatie tussen ondernemingen, die, zonder dat het tot een eigenlijke overeenkomst komt, de risico’s van de onderlinge mededinging welbewust vervangt door een feitelijke samenwerking”, waarbij het heeft overwogen dat “
de termen coördinatie en samenwerking dienen te worden verstaan in het licht van de in de verdragsvoorschriften inzake de mededinging besloten voorstelling, dat iedere ondernemer zelfstandig moet bepalen welk beleid hij op de gemeenschappelijke markt zal voeren”. [7] Zoals hiervoor in 3.5 werd overwogen, is meerzijdig gedrag alleen verboden als het een welbewuste afstemming behelst. Dat heeft Eureco-Pharma niet aannemelijk gemaakt. Daarbij geldt dat de keuze van ziekenhuizen om ook ten behoeve andere verzekerden dan die van Zilveren Kruis te kiezen voor levering door Janssen-Cilag, niet aan Zilveren Kruis kan worden toegerekend.
Kwantitatieve invoerbeperkingen en alle maatregelen van gelijke werking zijn tussen de lidstaten verboden.” Het gaat daarbij iedere handelsregeling van lidstaten die de intracommunautaire handel al dan niet rechtstreeks, daadwerkelijk of potentieel, kan belemmeren’. [8] Traditioneel is deze verbodsbepaling van toepassing op maatregelen van lidstaten. Dat betekent dat zij in beginsel alleen ‘verticale werking’ en ‘indirect horizontale werking’ heeft. Het eerste betekent dat lidstaten conform het verbod moeten handelen en het tweede betekent dat non-conforme nationale regels buiten toepassing blijven, ook in horizontale geschillen. In het arrest
Sapod Audicheeft het Hof van Justitie overwogen dat een bepaling in een particuliere overeenkomst niet als belemmering in de zin van (de voorloper van) artikel 34 VWEU kan worden aangemerkt, aangezien zij niet is vastgesteld door een lidstaat maar tussen particulieren is overeengekomen. [9] Het Hof van Justitie spreekt in zijn rechtspraak over artikel 34 VWEU ook consistent over ‘nationale maatregelen’ en ‘maatregel van een lidstaat’. [10] In beginsel heeft het verbod dus geen direct horizontale werking.
Fra.bouit 2012 [11] heeft het Hof van Justitie daaraan toegevoegd dat ook een activiteit van een private entiteit binnen de reikwijdte van (de voorloper van) artikel 34 VWEU kan komen als deze “
rekening houdend met name met het wet- en regelgevingskader waarin[de activiteit]
wordt uitgeoefend, het vrije verkeer van goederen belemmert op dezelfde wijze als overheidsmaatregelen.” In dat geval was aan de orde dat de certificeringen van een private instelling een bijzondere wettelijke status verkregen, waarmee de instelling feitelijk op dezelfde wijze als een overheid de toegang tot de markt kon regelen. Dat kwam binnen de reikwijdte van artikel 34 VWEU. In zoverre kan deze bepaling direct horizontale werking krijgen. Deze uitkomst ligt echter duidelijk in het verlengde van het traditionele toepassingsbereik van het verbod van artikel 34 VWEU, terwijl een andere uitkomst zou toelaten dat lidstaten het verbod omzeilen. Deze regel en de kennelijke ratio daarvan brengen geenszins mee dat er ook direct horizontale werking is waar een zuiver private activiteit wordt aangevochten.
Fra.bo-arrest. De gewraakte activiteit van Zilveren Kruis – het samenstel van de overeenkomst met Janssen-Cilag en het afslagenbeleid – is van private aard. Deze krijgt niet, zoals de certificeringen in het
Fra.bo-arrest, een bijzonder wettelijke of anderszins officiële status. Integendeel, Zilveren Kruis moet zowel wat betreft premiehoogte als dekking concurreren met andere zorgverzekeraars, zodat het afslagenbeleid onderhevig is aan concurrentie (zie hiervoor in 3.8). Tegen die achtergrond verlangt het standpunt van Eureco-Pharma dat Zilveren Kruis door middel van de overeenkomst met Janssen-Cilag en het afslagenbeleid het vrije verkeer van goederen belemmert of kan belemmeren een nadere toelichting. Die toelichting ontbreekt. De sterke regulering van het zorgverzekeringenstelsel, het prudentiële toezicht op verzekeraars, het risicovereveningssysteem (dat leidt tot een feitelijke en verregaande subsidiëring van zorgverzekeraars) en het gegeven dat het zorgverzekeringenstelsel (in een andere context) wordt aangemerkt als ‘publiek socialezekerheidsstelsel’, maken alle niet dat de handelswijze van Zilveren Kruis op grond van artikel 34 VWEU verboden is. Het enkele gegeven dat een private entiteit, die marktdeelnemer is, in bepaalde opzichten streng is gereguleerd en (feitelijk) vergaand wordt gesubsidieerd, betekent niet dat (al) haar activiteiten moeten worden gelijkgesteld met overheidsmaatregelen. In het bijzonder het feit dat zorgverzekeraars met elkaar moeten concurreren, maakt dat het private karakter overweegt.
Indien een verzekerde krachtens zijn zorgverzekering een bepaalde vorm van zorg of een andere dienst dient te betrekken van een aanbieder met wie zijn zorgverzekeraar een overeenkomst over deze zorg of dienst en de daarvoor in rekening te brengen prijs heeft gesloten of van een aanbieder die bij zijn zorgverzekeraar in dienst is, en hij deze zorg of andere dienst desalniettemin betrekt van een andere aanbieder, heeft hij recht op een door de zorgverzekeraar te bepalen vergoeding van de voor deze zorg of dienst gemaakte kosten.” Deze bepaling heeft betrekking op de rechtsverhouding tussen de zorgverzekeraar en de verzekerde en beoogt de vrije keuze van de verzekerde tussen zorgaanbieders (in enige mate) te beschermen. Die rechtsverhouding is hier niet aan de orde, Eureco-Pharma is geen zorgaanbieder en de beschermingsratio van artikel 13 Zwv gaat hier niet op.
1.470,00
4.De beslissing
griffier, en in het openbaar uitgesproken op 8 juni 2020. [12]