ECLI:NL:RBMNE:2020:2029

Rechtbank Midden-Nederland

Datum uitspraak
19 mei 2020
Publicatiedatum
2 juni 2020
Zaaknummer
C/16/501172 / FL RK 20-709
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen crisismaatregel en de geldigheid van medisch onderzoek via beeldbellen

Op 19 mei 2020 heeft de Rechtbank Midden-Nederland uitspraak gedaan in een zaak waarin betrokkene, geboren in 1994, beroep heeft ingesteld tegen een door de burgemeester van Hilversum opgelegde crisismaatregel. Deze maatregel was op 2 april 2020 opgelegd op basis van een medische verklaring die was opgesteld door psychiater [A], die betrokkene via beeldbellen had onderzocht. Betrokkene stelde dat het onderzoek niet adequaat was, omdat hij niet fysiek was gezien en de psychiater zich niet had kunnen vergewissen van de omstandigheden die zijn gedrag beïnvloedden. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling op 4 mei 2020 telefonisch laten plaatsvinden vanwege coronamaatregelen. Tijdens de zitting werd betrokkene bijgestaan door zijn advocaat, mr. M.W. Veldhuijsen, en waren ook de psychiater en een vertegenwoordiger van de gemeente aanwezig.

De rechtbank oordeelde dat er op 2 april 2020 sprake was van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel en dat de burgemeester de crisismaatregel terecht had opgelegd. Hoewel de rechtbank het belang van een fysiek onderzoek benadrukte, concludeerde zij dat de psychiater voldoende informatie had verzameld om de medische verklaring op te stellen. De rechtbank verklaarde het beroep van betrokkene ongegrond en wees het verzoek tot proceskostenveroordeling af. De beslissing werd genomen door mr. K.G. van de Streek, rechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND

Afdeling Familierecht
Locatie: Lelystad
Zaak-/rekestnr.: C/16/501172 / FL RK 20-709
Beroep tegen een crisismaatregel
Beschikking van 19 mei 2020van de rechtbank Midden-Nederland, locatie Lelystad, naar aanleiding van het beroep ex artikel 7:6 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) tegen een crisismaatregel, ten aanzien van:
[betrokkene]
geboren op [geboortedatum] 1994 te [geboorteplaats] ,
wonende [adres] te [woonplaats] ,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. M.W. Veldhuijsen.
Als belanghebbenden worden aangemerkt:
- de burgemeester van de gemeente Hilversum;
- de heer [A] , geneesheer-directeur [naam instelling] te [plaatsnaam] .

1.Procesverloop

1.1.
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 20 april 2020, heeft betrokkene beroep ingesteld tegen de door de burgemeester van de gemeente Hilversum op 2 april 2020 jegens hem opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- de beslissing van de burgemeester houdende het opleggen van de crisismaatregel d.d. 2 april 2020;
- de medische verklaring d.d. 2 april 2020.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 4 mei 2020. In verband met de maatregelen van overheidswege genomen om de verspreiding van het coronavirus te stoppen door zo min mogelijk naar buiten te gaan heeft de mondelinge behandeling telefonisch plaatsgevonden. Bij die gelegenheid zijn conform de Algemene Regeling Zaaksbehandeling Rechtspraak telefonisch gehoord:
- betrokkene,
- mr. M.W. Veldhuijsen, advocaat van betrokkene,
- de heer [A] , psychiater en geneesheer-directeur;
- de heer [B] , [functie] gemeente Hilversum.
1.3.
Na de zitting is de rechtbank gebleken dat in het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel van 2 april 2020 de voorletters, geboortedatum en het adres van betrokkene niet goed waren opgenomen. Dit heeft ervoor gezorgd dat diezelfde fout ook is opgenomen in het onderhavige verzoek en de daarbij overgelegde producties. De rechtbank heeft echter contact gehad met de juiste personen voor deze zitting en zal er daarom geen consequenties aan verbinden.
2. Het beroep
2.1.
Betrokkene heeft op 20 april 2020 beroep ingediend tegen de door de burgemeester verleende crisismaatregel. Betrokkene heeft verzocht zijn beroep gegrond te verklaren, met veroordeling van de burgemeester in de kosten van de procedure.

3.De gronden waarop het beroep rust

3.1.
De burgemeester heeft een besluit genomen op grond van de medische verklaring die is opgesteld door de heer [A] (hierna: de psychiater). De psychiater heeft betrokkene onderzocht via beeldbellen. Betrokkene is niet in persoon gezien en de psychiater heeft zich niet op de hoogte gesteld van de omgeving van betrokkene en de invloed daarvan op het gedrag. De psychiater heeft zich daardoor onvoldoende kunnen vergewissen of het gedrag voortvloeit uit een vermoedelijke psychische stoornis. In het geval van betrokkene was een beoordeling ter plekke voor een behoorlijk en zorgvuldig onderzoek geboden. Betrokkene heeft zich verbaal verweerd in een ruzie met zijn stiefvader. Betrokkene voelde zich bedreigd en heeft zelf 112 gebeld. Als de feitelijke situatie beter beoordeeld was, dan was er mogelijk een andere uitkomst geweest van de beoordeling. Betrokkene voelt zich in zijn rechtspositie geschaad. Hij had bij fysieke aanwezigheid van de psychiater beter zijn kant van het verhaal kunnen doen en kunnen verwijzen naar de feitelijke omstandigheden. Betrokkene verwijst ter onderbouwing van zijn standpunt naar de wet, de Memorie van Toelichting (MvT) en jurisprudentie (de uitspraak van de rechtbank Limburg van 25 februari 2020, ECLI:NL:RBLIM:2020:1639). De bedoeling van de wetgever is dat het onderzoek fysiek plaatsvindt. Onderzoek via Skype of beeldbellen kan plaatsvinden wanneer lijfelijk onderzoek niet mogelijk blijkt vanwege belemmeringen die het spoedeisende karakter van een crisismaatregel met zich mee kunnen brengen. Het gedrag van betrokkene komt niet voort uit een psychische stoornis, maar uit tegen hem gerichte agressie. In deze gegeven omstandigheden had het gedrag van betrokkene in relatie tot een mogelijke psychische stoornis beter onderzocht en beoordeeld kunnen worden door een onderzoek ter plaatse. In de situatie waarin betrokkene beoordeeld is, was geen enkele rechtvaardiging voor een onderzoek op afstand. Er is in de medische verklaring geen reden gegeven waarom de psychiater zich niet ter plekke had kunnen begeven. Ook was er geen noodsituatie. Voorgaande leidt tot de conclusie dat er ten tijde van de beoordeling geen objective medical expertise had plaatsgevonden. Kortdurend beeldbellen kan niet gekwalificeerd worden als een onderzoek dat tot een medische verklaring in de zin van de Wvggz kan leiden.

4.De standpunten ter zitting

4.1.
Ten aanzien van het opstellen van de medische verklaring naar aanleiding van het beeldbellen met betrokkene geeft de psychiater het volgende aan. Betrokkene is bekend bij [naam instelling] . De psychiater heeft het dossier en de uitgebreide voorgeschiedenis bekeken. Daarnaast heeft de psychiater uitgebreid gesproken met de arts en de medewerker van de crisisdienst die op dat moment ter plaatse waren. Alles bij elkaar opgeteld had de psychiater voldoende informatie om de medische verklaring op te stellen op basis van het onderzoek. De psychiater heeft betrokkene gezien op een manier die voldoende zorgvuldig is geweest voor het opstellen van de medische verklaring. Voorts wordt in het beroepschrift gerefereerd aan een uitspraak van de rechtbank Limburg. In die uitspraak wordt ook benoemd dat de eventuele nadelen van een skype-onderzoek vaak beperkt blijven omdat de toets van de rechtbank binnen drie dagen plaatsvindt en de betrokkene in de meeste gevallen kort na de opname wordt gezien door een psychiater. In onderhavige casus heeft psychiater [C] betrokkene de dag na de opname gezien en onderzocht. Er was geen extra onderzoek nodig, gelet op de context van de uitspraak van de rechtbank Limburg. De dag na de opname heeft er een psychiater meegekeken en de rechtbank heeft kort na de opname beslist tot voortzetting van de crisismaatregel. Het onderzoek van betrokkene heeft bestaan uit een combinatie van alle beschikbare informatie en hield meer in dan alleen die vier minuten skypen. De psychiater heeft daarvoor gekozen omdat hij van mening was dat hij op basis van alle informatie voldoende tot een beoordeling kon komen. Op dat moment was het skype-onderzoek de beste manier om de beschikbare middelen in te zetten. Daarnaast gebeurt er tegenwoordig veel via beeldbellen of skype. Dat zal ook vaker voor gaan komen omdat er een gebrek is aan psychiaters. Namens de gemeente is nog aangevuld dat de burgemeester zich op basis van de medische verklaring een goed beeld heeft kunnen vormen van de situatie en op basis van het advies van de psychiater een beslissing heeft kunnen nemen. Aan de eisen voor het opstellen van de medische verklaring is voldaan en er is een goed onderbouwde beslissing genomen door de burgemeester.
4.2.
Door en namens betrokkene is ter zitting in reactie op de psychiater en de gemeente het volgende aangegeven. Het standpunt dat er geen onderzoek heeft plaatsgevonden in het kader van de wet blijft gehandhaafd. Er was in het onderhavige geval geen sprake van een noodsituatie. De psychiater heeft zelfstandig besloten om te gaan beeldbellen. De psychiater heeft het dossier gelezen, heeft gesproken met de arts en de medewerker van de crisisdienst ter plaatse en heeft betrokkene onderzocht door middel van beeldbellen. Dat is geen medisch onderzoek zoals dat volgens de Wvggz moet. De bedoeling is dat er een fysiek onderzoek plaatsvindt. Psychiater [C] heeft betrokkene na de opname gezien, maar dat is geen nieuw psychiatrisch onderzoek geweest. Gelet op wat er allemaal speelde rondom betrokkene is het onmogelijk om die hele situatie te bespreken via beeldbellen. Als de psychiater ter plekke met betrokkene had gesproken had hij zich een beter beeld kunnen vormen. Betrokkene heeft ter zitting aangegeven dat de situatie tussen hem en zijn ouders op het moment van de crisismaatregel uit de hand was gelopen. Betrokkene heeft die situatie ook uitgelegd aan de psychiater, maar was toen erg emotioneel. Hij heeft aangegeven niet opgenomen te willen worden, maar dat als het echt moest hij wel vrijwillig mee zou gaan.

5.Beoordeling

5.1.
Uit de overgelegde stukken en het behandelde ter zitting is gebleken dat er op 2 april 2020 sprake was van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, en een ernstig vermoeden dat dit nadeel werd veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis van betrokkene. Eveneens is gebleken dat het ernstig nadeel enkel door een crisismaatregel kon worden weggenomen, en dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kon worden afgewacht.
5.2.
Betrokkene heeft beroep ingesteld tegen de ten aanzien van hem op 2 april 2020 verleende crisismaatregel. Dit beroep ziet op de wijze waarop de psychiater zijn medisch onderzoek heeft uitgevoerd, namelijk via beeldbellen. Betrokkene geeft –kort gezegd – aan dat er geen sprake was van een noodsituatie en dat zijn situatie beter beoordeeld had kunnen worden bij een fysiek onderzoek. De psychiater heeft aangegeven dat hij zich, door onderzoek van het dossier, kennisneming van de psychiatrische voorgeschiedenis van betrokkene en het contact met de arts en de medewerker van de crisisdienst ter plaatse voldoende toegerust vond om het onderzoek via beeldbellen te laten plaatsvinden.
5.3.
De rechtbank is van oordeel dat, bij het afgeven van de crisismaatregel, de wettelijke bepalingen voldoende in acht zijn genomen. Het beroep van betrokkene zal dan ook ongegrond worden verklaard. Ten aanzien van deze beslissing overweegt de rechtbank als volgt.
5.4.
Direct contact, in de vorm van een onderzoek ter plaatse, verdient te allen tijde de voorkeur boven een onderzoek via een beeldverbinding. Desalniettemin is de rechtbank van oordeel dat een onderzoek via Skype mag plaatsvinden wanneer een lijfelijk onderzoek niet mogelijk blijkt vanwege belemmeringen die het spoedeisende karakter van een crisismaatregel met zich mee kunnen brengen en wanneer er omstandigheden zijn die het gebrek aan onderzoek ter plaatse compenseren. In casu zijn deze omstandigheden aanwezig: De voorgeschiedenis van betrokkene is door de psychiater bestudeerd, de psychiater heeft contact gehad met de ter plaatse aanwezige arts en medewerker van de crisisdienst en de betrokkene is een dag na opname gelijk gezien en onderzocht door een collega-psychiater. Daarmee is voor de rechtbank vast komen te staan dat de psychiater in dit geval mocht volstaan met een onderzoek via Skype.

6.Beslissing

6.1.
De rechtbank:
6.2.
verklaart het beroep tegen de crisismaatregel van 2 april 2020 ongegrond;
6.3.
wijst het verzoek tot proceskostenveroordeling af.
Deze beslissing is gegeven door mr. K.G. van de Streek, rechter, in bijzijn van de griffier en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 19 mei 2020.