Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
mr. [eiser 1] , eiser 1, en
de Autoriteit Persoonsgegevens, verweerder
Procesverloop
De rechtbank heeft geoordeeld dat verweerder niet ten onrechte heeft ingestemd met rechtstreeks beroep bij de bestuursrechter.
Overwegingen
Inleiding
Aanleiding voor deze zaken en wat daarop volgde
“De afdeling Communicatie biedt de media informatie over de zittingen. Dat doet ze door het publiceren van de persagenda op de website en door elke zittingsdag zittingsinformatie ter inzage te leggen voor de journalisten die op dat moment in het gebouw zijn om de zittingen te ‘verslaan’. Deze zittingsinformatie bestaat uit een kopie van het (hoger) beroepschrift en verweerschrift en als het een hoger beroepzaak is, de uitspraak van de rechtbank. De journalisten zijn op dat moment niet toevallig in het gebouw van de Raad van State. Ze zijn daar met het doel om zittingen te volgen in specifiek die zaken waar zij concrete belangstelling voor hebben. De stukken die ter inzage liggen bevatten informatie die journalisten ook horen bij het volgen van de zitting. Deze kopieën liggen alleen ter inzage op de dag van de zitting zelf. Dat betekent dat deze informatie alleen kan worden ingezien door journalisten die de desbetreffende dag ook echt fysiek aanwezig zijn in het gebouw van de Raad van State. Deze informatie wordt niet vooraf opgestuurd of gedeeld met de media en de papieren informatie op de dag van de zitting zelf ligt ter inzage en mag dus niet het pand verlaten en mee naar huis worden genomen. De ter inzage gelegde stukken helpen de journalisten bij het volgen van de zitting en het opstellen van een bericht, en dragen dus bij aan de feitelijke juistheid daarvan. Daar zijn alle partijen bij gebaat. Na afloop van de zittingsdag vernietigen medewerkers van de afdeling Communicatie de kopieën.”
“
Informatie voor de pers over zittingen van de Afdeling bestuursrechtspraakDe Raad van State biedt journalisten een aantal mogelijkheden om goed geïnformeerd te worden over zaken die de Afdeling bestuursrechtspraak op een rechtszitting behandelt.
Digitale zittingsagendaJournalisten kunnen op verzoek wekelijks een digitaal overzicht per mail ontvangen van alle rechtszaken die de Afdeling bestuursrechtspraak de komende week op een zitting behandelt. Belangstellende journalisten kunnen hiervoor contact opnemen met onze persvoorlichters.PersagendaDagelijks maken de persvoorlichters een selectie van zaken die op een rechtszitting worden behandeld en die interessant kunnen zijn voor de media. Deze selectie bevat informatie over de inhoud en de achtergronden van het geschil en het verloop van de procedure. Via een kalender op de website is duidelijk te zien welke zaken er op een bepaalde dag op de persagenda staan.Inhoudelijke zittingsinformatie over concrete zakenOpenbaarheidRechtszittingen van de Afdeling bestuursrechtspraak zijn openbaar. Openbaarheid bevordert een eerlijke en onpartijdige rechtspraak en is daarmee een fundamentele pijler van de democratische rechtsstaat. Dat de pers toegang heeft tot de rechtszaal is niet altijd voldoende om de openbaarheid te garanderen. Om die reden moeten journalisten op een eenvoudige manier aan informatie kunnen komen over de inhoud van rechtszaken die de Afdeling bestuursrechtspraak op een zitting behandelt.
Feitenvaststelling
Standpunt van eisers
Standpunt van verweerder
Wettelijk kader
Overweging (20) van de preambule van de AVG luidt als volgt:
Hoewel de onderhavige verordening onder meer van toepassing is op de activiteiten van gerechten en andere rechterlijke autoriteiten, zouden in het Unierecht of het lidstatelijke recht de verwerkingen en verwerkingsprocedures met betrekking tot het verwerken van persoonsgegevens door gerechten en andere rechterlijke autoriteiten nader kunnen worden gespecificeerd. De competentie van de toezichthoudende autoriteiten mag zich niet uitstrekken tot de verwerking van persoonsgegevens door gerechten in het kader van hun gerechtelijke taken, zulks teneinde de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht bij de uitoefening van haar rechterlijke taken, waaronder besluitvorming, te waarborgen. Het toezicht op die gegevensverwerkingen moet kunnen worden toevertrouwd aan specifieke instanties binnen de rechterlijke organisatie van de lidstaat, die met name de naleving van de regels van deze verordening moeten garanderen, leden van de rechterlijke macht van hun verplichtingen krachtens deze verordening sterker bewust moeten maken, en klachten met betrekking tot die gegevensverwerkingen moeten behandelen.
Artikel 55 Competentie luidt:
1. Elke toezichthoudende autoriteit heeft de competentie op het grondgebied van haar lidstaat de taken uit te voeren die haar overeenkomstig deze verordening zijn opgedragen en de bevoegdheden uit te oefenen die haar overeenkomstig deze verordening zijn toegekend.
2. In het geval van verwerking door overheidsinstanties of door particuliere organen die handelen op grond van artikel 6, lid 1, onder c) of e), is de toezichthoudende autoriteit van de lidstaat in kwestie competent. In dergelijke gevallen is artikel 56 niet van toepassing.
3. Toezichthoudende autoriteiten zijn niet competent toe te zien op verwerkingen door gerechten bij de uitoefening van hun rechterlijke taken.
De rechtbank stelt verder vast dat in overweging (20) van de preambule en artikel 55, derde lid, van de AVG de termen ‘gerechten’, ‘gerechtelijke taken’, ‘rechterlijke macht’ en ‘rechterlijke taken’ door elkaar worden gebruikt. Ook in andere taalversies is dat het geval. Dit roept de vraag op of de Uniewetgever daar verschillende betekenissen aan heeft willen geven, of dat de termen hetzelfde uitdrukken. De rechtbank heeft hierover echter geen aanwijzingen gevonden, zodat ook de verschillen in de gekozen bewoordingen geen handvatten bieden voor een juiste uitleg van de termen ‘gerechtelijke taken’ en ‘rechterlijke taken’.
“55. The term "judiciary" ("pouvoir judiciaire") comprises the machinery of justice or the judicial branch of government as well as the judges in their official capacity. The phrase "authority of the judiciary" includes, in particular, the notion that the courts are, and are accepted by the public at large as being, the proper forum for the ascertainment of legal rights and obligations and the settlement of disputes relative thereto; further, that the public at large have respect for and confidence in the courts’ capacity to fulfil that function.”
Deze uitleg van het EHRM biedt de rechtbank onvoldoende houvast om de term ‘rechterlijke taken’ uit te leggen. Het begrip rechterlijke macht wordt in het kader van artikel 10 van het EVRM ruim uitgelegd, maar voor de vraag wat de rechterlijke taken van de rechterlijke macht zijn, biedt dit arrest geen handvat.
Onafhankelijke oordeelsvorming door de rechter
.Er wordt geen afweging per zaak gemaakt, waarin wordt meegenomen welke persoonsgegevens op deze manier beschikbaar worden gesteld aan journalisten.
Geen wettelijke grondslag
Verzoek
Beslissing
1. Moet artikel 55, derde lid, van de AVG zo worden uitgelegd dat onder ‘verwerkingen door gerechten bij de uitoefening van hun rechterlijke taken’ kan worden begrepen het bieden van inzage door een rechterlijke instantie in processtukken waarin persoonsgegevens zijn opgenomen, waarbij die inzage wordt verleend door kopieën van die processtukken aan een journalist ter beschikking te stellen, zoals in deze verwijzingsuitspraak beschreven?1a. Is het voor de beantwoording van deze vraag van belang of door het uitoefenen van toezicht door de nationale toezichthoudende autoriteit op deze vorm van gegevensverwerking de onafhankelijke rechterlijke oordeelsvorming in concrete zaken wordt geraakt?1b. Is het voor de beantwoording van deze vraag van belang dat de aard en het doel van de gegevensverwerking volgens de rechterlijke instantie is het informeren van een journalist om deze daardoor in de gelegenheid te stellen om beter verslag te doen van de openbare zitting in een gerechtelijke procedure en waarmee wordt beoogd het belang van openbaarheid en transparantie van rechtspraak te dienen?1c. Is het voor de beantwoording van deze vraag van belang of de gegevensverwerking op een expliciete nationaalrechtelijke grondslag berust?- houdt de verdere behandeling van de zaken aan totdat het Hof van Justitie uitspraak zal hebben gedaan.