6.De beslissing
De kantonrechter:
Ten aanzien van de verzoeken van [verzoekster, tevens verweerster]
- stelt [verzoekster, tevens verweerster] in de gelegenheid uiterlijk op 5 december 2018 het ontbindingsverzoek in te trekken;
en voor het geval het ontbindingsverzoek niet tijdig wordt ingetrokken:
- ontbindt de arbeidsovereenkomst tussen partijen per 1 januari 2019;
- kent aan [verweerder, tevens verzoeker] een transitievergoeding toe van € 24.640,46 bruto en veroordeelt [verzoekster, tevens verweerster] om dit bedrag bij het einde van het dienstverband aan [verweerder, tevens verzoeker] te betalen;
- veroordeelt [verweerder, tevens verzoeker] in de proceskosten aan de zijde van [verzoekster, tevens verweerster] , tot deze beschikking begroot op € 119,00 vastrecht en € 600,00 aan salaris gemachtigde, te voldoen binnen 14 dagen na de datum van deze beschikking, bij gebreke waarvan voormeld bedrag wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na de datum van deze beschikking tot de dag van volledige betaling;
-veroordeelt [verweerder, tevens verzoeker] , onder de voorwaarde dat hij niet binnen 14 dagen na aanschrijving door [verzoekster, tevens verweerster] volledig aan deze proceskostenveroordeling voldoet, in de na deze beschikking ontstane kosten, begroot op € 100,00 aan salaris gemachtigde
,vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na aanschrijving tot de voldoening, te vermeerderen, indien betekening van de beschikking heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van de beschikking, vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW met ingang van de vijftiende dag na betekening tot de voldoening;
- verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst af het meer of anders verzochte;
en voor het geval het ontbindingsverzoek tijdig wordt ingetrokken:
- veroordeelt [verzoekster, tevens verweerster] in de proceskosten aan de zijde van [verweerder, tevens verzoeker] , tot de datum van deze beschikking begroot op € 600,00 aan salaris gemachtigde;
Ten aanzien van het tegenverzoek met nevenvorderingen van [verweerder, tevens verzoeker]
- veroordeelt [verzoekster, tevens verweerster] om aan [verweerder, tevens verzoeker] € 2.696,71 bruto te betalen ter zake van vergoeding reisuren over de periode 31 januari 2017 tot en met 19 oktober 2018;
- veroordeelt [verzoekster, tevens verweerster] om binnen 14 dagen na de datum van deze beschikking aan [verweerder, tevens verzoeker] een overzicht te verstrekken van de verlofuren, ADV-uren, reisuren en overwerkuren over de periode vanaf 1 januari 2015 tot 27 november 2018;
- veroordeelt [verzoekster, tevens verweerster] om vóór 14 januari 2019 aan [verweerder, tevens verzoeker] een overzicht te verstrekken van de verlofuren, ADV-uren, reisuren en overwerkuren over de periode 27 november 2018 tot 1 januari 2019;
- compenseert de proceskosten in die zin, dat iedere partij de eigen kosten draagt;
- verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst af het meer of anders verzochte of gevorderde.
Deze beschikking is gegeven door mr. C. Wallis, kantonrechter, en is in het openbaar uitgesproken op 27 november 2018.