Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 11 april 2018,
- de conclusie van antwoord in reconventie,
- de producties 10 en 11 van [gedaagde] ,
- het proces-verbaal van de comparitie van 27 augustus 2018, gehouden in deze (vrijwarings)zaak en in de (hoofd)zaak met zaaknummer / rolnummer: C/16/443822/ HA ZA 17-629 tussen ABN AMRO Bank N.V. (hierna: ABN AMRO Bank) en [eiser] ,
- de brief van mr. Tan, ingekomen ter griffie op 10 september 2018, die aan het p-v is gehecht,
- de brief van mr. Van de Riet, ingekomen ter griffie op 11 september 2018, die aan het p-v is gehecht.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
in conventie
3.414,00(2,0 punten × tarief € 1.707,00)
5.De beslissing
- € 157,00 aan salaris advocaat,
- te vermeerderen, indienbetekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 82,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van het vonnis,