Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
[gedaagde sub 2],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 10 juni 2015
- het proces-verbaal van comparitie van 3 december 2015
2.De feiten
3.De beoordeling
- [gedaagde sub 1] als partij bij de samenwerkingsovereenkomst dient te worden aangemerkt;
- ASR bevoegd optreedt namens de aan ASR Nederland N.V. gelieerde vennootschappen die partij zijn bij de samenwerkingsovereenkomst;
- de rechtbank op grond van het forumkeuzebeding in artikel 31 van de samenwerkingsovereenkomst relatief bevoegd is om van de vordering van ASR kennis te nemen.
€ 47.583,66, door [gedaagde sub 1] aan ASR verschuldigd. Hieruit volgt dat de vordering in hoofdsom voor toewijzing gereed ligt.
Niet is gesteld of gebleken dat [gedaagde sub 2] met enig handelen of nalaten het nemen van verhaal door ASR heeft gefrustreerd.
1.788,00(2 punten × tarief € 894,00)