ECLI:NL:RBMNE:2016:589
Rechtbank Midden-Nederland
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.C.J. Hamming
- Y.M.J.I. Baauw-de Bruijn
- K.G. van de Streek
- Rechtspraak.nl
Bewijsuitsluiting door vormverzuim in strafzaak betreffende illegale hennepteelt
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Midden-Nederland, is de verdachte beschuldigd van het voorbereiden van illegale hennepteelt. De zaak kwam voor de rechtbank na een doorzoeking van het bedrijfspand van de verdachte op 2 april 2015, waarbij een grote hoeveelheid goederen werd aangetroffen die bestemd waren voor de illegale hennepteelt. De officier van justitie stelde dat de verdachte opzettelijk handelde in strijd met de Opiumwet. De verdediging betwistte de rechtmatigheid van de doorzoeking en voerde aan dat er onvoldoende bewijs was voor de beschuldigingen. De rechtbank oordeelde dat het binnentreden van de politie in het pand onrechtmatig was, omdat er geen redelijk vermoeden van schuld aan een strafbaar feit bestond. Dit leidde tot bewijsuitsluiting van de aangetroffen goederen. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende wettig bewijs was voor de tenlastelegging en sprak de verdachte vrij.