Het Verplichtstellingsbesluit van 13 december 2010 met daarin de bekendmaking van de wijziging van de verplichtstelling tot deelneming in het Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie, gepubliceerd in Staatscourant 2010 nr. 20454, luidt - voor zover hier van belang - als volgt:
“De deelneming in de Stichting bedrijfstakpensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie is ver-plicht gesteld voor de werknemers tot en met 64 jaar in dienst van een onderneming behoren-de tot de Zoetwarenindustrie. Met dien verstande dat een werknemer, die in enig jaar 65-jarige leeftijd bereikt, wordt geacht deze leeftijd te bereiken op de 1e dag van de maand waarin de betreffende leeftijd wordt bereikt.
Onder een onderneming in de Zoetwarenindustrie wordt verstaan:
1) iedere onderneming in Nederland die uitsluitend of in hoofdzaak:
a) uit cacaobonen of delen en residuen daarvan fabrieksmatig cacaopoeder, cacaoboter, cacaomassa, chocolademassa of couverture (in enig stadium van voortbrenging) vervaardigt alsmede verwerkt ter vervaardiging van al of niet gevulde chocoladeartikelen, inclusief
boterhamstrooisel en pasta’s doch met uitzondering van de onderneming die niet van de cacaoboon af werkt
b) fabrieksmatig bloem en/of andere grondstoffen tot beschuit, toast, knäckebröd, biscuit, bis-cuitfiguren, koekjes, banket, koek en wafels verwerkt, ongeacht de soort;
c) fabrieksmatig de producten onder a genoemd vervaardigt door een vorm van samen-voeging (assemblage) van delen van de onder b genoemde producten, al dan niet met toevoeging van vulling;
d) fabrieksmatig rijstkoeken en rijstwafels vervaardigt;
e) fabrieksmatig producten vervaardigt, welke naar de aard der verwerkte stoffen en/of de wijze van verwerking van de grondstoffen vergelijkbaar zijn met de producten, vermeld onder a, b, c en d;
f) aan één of meer van de onder a tot en met e genoemde ondernemingen uitsluitend of in hoofdzaak diensten verleent en die tezamen een economische eenheid vormen. Onder diensten wordt verstaan: inpakhandelingen,(technisch) onderhoud, verkoop, administratie, management- en beheeractiviteiten, schoonmaakwerkzaamheden en distributie;
g) fabrieksmatig suikerwerken vervaardigt;
h) fabrieksmatig dropartikelen vervaardigt;
i) fabrieksmatig cacaomassa, cacaopoeder, cacaoboter, chocolademassa of couverture ver-werkt ter vervaardiging van al of niet gevulde chocoladeartikelen, inclusief boterham-strooisels en pasta’s.”
2) (…)”.